[header]Onlangs zag ik Death Proof, Quentin Tarantinos deel van het schijnbaar gedoemde Grindhouse-project. De film an sich was hoewel vermakelijk niet bijster goed, maar er was wel een element dat boven alle andere uitstak: de autoachtervolging.[/header]Onlangs zag ik Death Proof, Quentin Tarantinos deel van het schijnbaar gedoemde Grindhouse-project. De film an sich was hoewel vermakelijk niet bijster goed, maar er was wel een element dat boven alle andere uitstak: de autoachtervolging. Vooral de uiterst spectaculaire achtervolging aan het einde van de film deed mijn hart opveren.
Toevallig zag ik ongeveer een week later een stuk van 2 Fast 2 Furious op televisie. De kwaliteit van die film doet verder niet terzake, maar het is duidelijk dat autoachtervolgingen en racescènes een belangrijk deel uitmaken van die film. Het zag er allemaal heel flitsend uit: krankzinnige snelheden, snelle montage, waarbij soms beelden van binnen in de motor getoond werden, en close-ups van de coureurs. Maar toch deden die spectaculair bedoelde scènes me nauwelijks iets. Mijn eerste gedachte was dat dat kwam door het overdadig gebruik van digitale special effects: je hebt nooit het gevoel dat de personages echt in gevaar zijn, simpelweg omdat de acteurs en stuntmannen dat ook niet zijn. Je ziet dat het niet echt is en dat is niet bevorderlijk voor de kijkervaring iets wat trouwens geldt voor vrijwel alle met CGI versierde actiescènes van tegenwoordig.
Wat mij betreft moet een achtervolging vooral nog banden met de realiteit hebben: als het te gek wordt, geloof je het bewust of onbewust niet. En dat is iets waar de moderne achtervolgingsscènes aan lijken te lijden: het is allemaal net te overdreven, net te onrealistisch. De regisseur van een carchase zou eigenlijk verplicht moeten worden om eens naar de grote scènes uit het verleden te kijken, net zoals Tarantino dat heeft gedaan.
Misschien kan Death Proof wel een kleine revival van de achtervolgingsgekte uit de jaren zeventig teweeg brengen. Ik hoop het in ieder geval. Tot die tijd heb ik gelukkig de DVD van Bullitt nog.