Het ouderlijk huis. De herinneringen. De spullen. Wanneer dierbaren van een eerdere generatie verdwijnen laten ze naast herinneringen ook hun hele inboedel voor de nabestaanden achter. Wat moeten we daarmee? Verliezen we onze identiteit als we het oude horloge van opa weggooien? Behoudt een meubelstuk dezelfde emotionele waarde als het uit de context wordt geplaatst? Vier verschillende regisseurs werd gevraagd om naar aanleiding van het twintigjarig bestaan van het Musée d'Orsay vier korte films te maken. Deze hadden tot één film verwerkt moeten worden, maar om technische redenen is dat er nooit van gekomen. Het project heeft uiteindelijk wel twee feature films opgeleverd. In april ging Hou Hsiao Hsiens Le Voyage de Ballon Rouge in roulatie en deze week verschijnt Olivier Assayas' L'Heure dÉté.
De van haar familie vervreemde Adrienne, een industrieel ontwerpster, heeft het te druk om met enige regelmaat bij haar moeder Hélène op bezoek te gaan. Zelfs haar vijfenzeventigste verjaardag schiet er bijna bij in. De tijden van de familie als één geheel zijn voorbij. Als Hélène komt te overlijden blijkt zij voor haar dood aan Frédéric, Adriennes oudere broer, te hebben gevraagd het huis en alle spullen te verkopen. Wanneer Adrienne en Jérémie, de carrièregerichte jongere broer, dit willen doorvoeren is Frédéric degene die zijn twijfels uit.
Onuitgesproken emoties maken deze film de moeite waard. Regisseur Olivier Assayas laat geen huilende mensen op een begrafenis zien, maar volgt liever de praktische kant van het verhaal. De film volgt simpelweg de perikelen rondom de verkoop van het Franse zomerhuis vol dure spullen die rijp zijn voor het museum. Assayas hangt er vervolgens zijn thema's aan op. Zo stelt de film de vraag of het huis en de persoonlijke spullen van hun ziel worden beroofd als ze worden verkocht. Assayas beantwoordt hem ook: ja, dat is zo.
Charles Berling weet zijn rol met overtuigend sentiment te spelen en zijn karakter draagt de hele film. Jérémie Renier is herkenbaar als zakenman die met zijn vrouw en kinderen uit economisch voordeel naar China verhuist. De realistische kijk die Juliette Binoche op de situatie heeft is begrijpelijk. De personen zijn netjes verdeeld in categorieën en de goede vertolkingen, vooral van Charles Berling en Juliette Binoche, versterken de globaliseringthemas: tijd, natuur en moderniteit.
Deze ontzettend Franse film, die doet denken aan films van regisseur Eric Rohmer, heeft een aparte positie ingenomen binnen het standaardverhaal over de teloorgang van een familie, omdat hij vrij klinisch van aard is. Het rare is dat deze film als een initiatief van het Musée d'Orsay aanvoelt, maar eindigt als een anti-ode.