EYE, het voormalige Filmmuseum dat sinds enkele maanden in een futuristisch aluminium wit pand aan het Amsterdamse IJ huist, heeft inmiddels een flinke traditie opgebouwd met retrospectieven waarin een vaste acteur of actrice centraal staat. Zo hebben we in afgelopen jaren al een groot deel van het werk van Jeanne Moreau, Cary Grant, Ingrid Bergman en Jack Nicholson op het witte doek mogen bewonderen. Dit seizoen is er vooral speciale aandacht voor de brede maar veel te kleine oeuvre van de eigenzinnige regisseur Stanley Kubrick. Maar er staan dit jaar ook maar liefst twee acteurs centraal die in hun privélevens ruim dertig jaar met elkaar getrouwd waren en samen zes films maakten. Simone Signoret en Yves Montand zijn het onderwerp van een retrospectief dat officieel als Zomerprogramma is bestempeld. Casque dOr beleeft daarbij een landelijke rerelease.
Casque dOr, wat letterlijk gouden helm betekent, was een van Signorets lievelingsfilms en betekende bovendien haar grote doorbrak. De klassieker uit 1952 onder regie van Jacques Becker was een periodedrama waarin Signoret de goedgebekte en trotse prostituee Marie speelt die als een blok voor de enigszins ingetogen timmerman Georges Manda valt. Hun eerste ontmoeting is er een uit een boeketreeksromannetje. Als Marie na een vermakelijk boottochtje samen met haar criminele vriendje Roland en haar vriendinnen naar een feestje gaat kijkt ze Georges zwoel in de ogen. Als ze hem even later weet op te sporen worden de twee verliefd. Georges pleegt een crime passionnel om bij zijn Marie te zijn, maar de twee moeten vluchten om hun liefde een kans te geven.
Becker trekt behoorlijk wat tijd uit voor de introductie van zijn personages en het neerzetten van het schimmige milieu waarin de mooie Marie zich tijdens de belle époque begeeft, maar aardig haar mannetje staat. Aanvoerder van het boevensyndicaat is ene Félix Leca, een onbetrouwbare crimineel die er niet voor terugdeinst om geweld te gebruiken of zijn mannen aan de kant te zetten. Hij zorgt er echter wel voor dat hij zelf geen vuile handen krijgt. Leca is uitermate gevoelig voor de verschijning van Marie en zij heeft dan ook weinig van hem te vrezen. Becker toont ermee aan dat de vrouw met gemak haar uiterlijk en charmante voorkomen kan inzetten om de mannen in haar omgeving om haar vingertje te winden. De dames van lichte zeden met wie we in Casque d'Or kennismaken, zijn zelfverzekerd en niet op hun mondje gevallen. Ze weten de kerels naar hun hand te zetten en duiken echt alleen maar met ze het bed in als ze er zelf zin in hebben en vooral als ze er beter van worden.
De wijze waarop de liefde tussen Marie en Georges wordt verbeeld, heeft een charmante naïviteit. Met het moderne oog is het zelfs wat gedateerd en (glim)lachwekkend. Signoret werpt vele verleidelijke blikken, waarbij ze close-up in beeld wordt genomen met een softfocuslens en met een twinkeling in haar ogen. Tegenspeler Serge Reggiani, voor wie Casque d'Or eveneens een carrièreboost betekende, kijkt al even zwoel terug. Een authentiek gevalletje liefde op het eerste gezicht, waarbij Becker zijn rotsvaste hoop op klassieke romantiek vet onderstreept.
Signoret had voor ze met Becker ging werken al een aanzienlijke reputatie als sensuele actrice opgebouwd. Acteren was naar eigen zeggen voor haar een bezigheid waarbij je vooral niet te veel moest nadenken. Op latere leeftijd en na een aanzienlijk fysieke transformatie voerde Signoret deze gedachte alleen maar verder door. Niet voor niets speelde Signoret vaker in haar loopbaan prostituees en haar ontwikkeling hierin is uitermate boeiend. Wellicht is de filosofie van Signoret ook wel de reden dat haar aanwezigheid geijkte themas als verraad, dubbelspel, onmogelijke liefde en loyaliteit op geheel eigen wijze naar haar hand weet te zetten. Becker ondersteunt dit met een brutale regie en een directe vertelstijl, die ook zestig jaar later nog verrassend vlot aandoet.