Cuban Fury
Recensie

Cuban Fury (2014)

Gemoedelijke dansfilm, waarbij uitgerekend Nick Forst de voetjes van de vloer gooit. Dit doet hij niet onverdienstelijk in een poging zijn bazin te versieren.

in Recensies
Leestijd: 3 min 8 sec
Regie: James Griffiths | Cast: Nick Frost (Bruce), Chris O’Dowd (Drew), Rashida Jones (Julia), Olivia Colman (Sam), Ian McShane (Ron Parfitt), e.a. | Speelduur: 98 minuten | Jaar: 2013

In zijn tienerjaren kent de verlegen Bruce Garrett maar één passie: het dansen van de salsa! Samen met zijn zus Sam gooit Bruce regelmatig de voetjes van de vloer. Onder leiding van de nukkige doch rechtvaardige Ron Parfitt weten broer en zus zich naar de top van de landelijke salsascene te dansen. Maar bij zijn leeftijdsgenoten valt Bruce' hartstochtelijke liefde voor de Cubaanse dans niet zo lekker. Hij is dan ook het mikpunt van pesterijen en spot. Op een gegeven moment heeft de tiener er genoeg van en hangt hij zijn dansschoenen aan de wilgen. Hij wil niets meer te maken hebben met salsa, maar hoe lang kan hij ervoor blijven wegduiken?

Als volwassen kerel heeft Bruce net wat te veel fish en chips gegeten en bier gedronken en verraadt niets nog dat hij in zijn jongere jaren de koning van de dansvloer was. Het is natuurlijk altijd lachen om een veel te dikke volwassen kerel de salsa te zien dansen, maar dat is niet de insteek van de feelgoodkomedie die het speelfilmdebuut vormt van de Brit James Griffiths. Bruce is de typische underdog die zich door middel van de salsa toegang probeert te verschaffen tot het hart van zijn nieuwe Amerikaanse bazin. Hiervoor moet hij niet alleen behoorlijk wat principes opzij zetten, maar ook korte metten maken met de trauma's uit het verleden. Zelf grapt hij nog het meest om zijn omvang, maar Griffiths heeft er geen schaamteloze lachpartij om het dansende dikkertje van gemaakt.

Bruce zwelgt in zelfmedelijden. Het is een emotionele wurggreep die hij zelf in stand houdt. Zijn vertolker, Nick Frost, weet deze levensinstelling treffend uit te dragen. Helemaal als er een compleet onbereikbare vrouw opduikt zakt de moed Bruce in de schoenen. Griffith arrangeert eerst een aantal pijnlijke ontmoetingen tussen Bruce en bazin Julia. Op een personeelsfeestje komen ze aan elkaar vast te zitten, met hun gezichten net iets te veel in elkaars comfortzones. Of een ongemakkelijk lift, waarbij nog weer eens pijnlijk duidelijk is hoe groot het verschil tussen de twee is. Maar het is uiteindelijk de dans die ervoor zorgt dat Bruce zijn zelfvertrouwen terugwint. Zelfs een hereniging met Parfitt, die werkelijk geen steek veranderd lijkt te zijn, maakt deel uit van het groeiende zelfvertrouwen van Bruce.

Helemaal trefzeker is deze aangename Britse komedie niet. De Amerikanen hadden het waarschijnlijk nog een stuk gênanter aangepakt en bovendien nog meer nadruk gelegd op de voorspelbare bijfiguren, waaronder de beste vriend van Bruce en een nichterige mededanser. Griffith had meer de link tussen heden en verleden kunnen leggen en de twee toekomstige tortelduifjes meer tijd samen moeten gunnen. Nu zijn het vaak de omstandigheden en ongelukkig toeval die Bruce de juiste richting opduwen. Deze productie komt uit de koker van de makers van Shaun of the Dead, Hot Fuzz en [/i]The World's End[/i]. Het is aanmoedigend dat ze hebben geprobeerd wat minder te leunen op platte of grove humor en wat meer het sentiment hebben opgezocht. Maar juist op dit vlak slaan ze soms wat te ver door.

De dansscènes zijn echter wervelend, waarbij zelfs de stevige Frost met zijn swingende voetjes weet te verbazen. De makers hebben zich het er op dit punt zeker niet gemakkelijk vanaf gemaakt, al hadden ze net zo veel moeite moeten steken in het scenario en de interactie tussen de personages. Frost opereert dit keer solo. Zijn vaste maatje Simon Pegg, die alleen even in een cameo zijn gezicht laat zien, wordt alleen ernstig gemist. Met zijn medecastleden weet Frost niet een soortgelijke chemie te genereren. De Cubaanse razernij van de titel schept dan ook te hoge verwachtingen.