Met de eindeloze reeks aan Fast and Furious-films en recentelijk Mad Max: Furiosa in de bios hebben we de laatste tijd mogen smullen van snelle, stoere voertuigen. Olivier Schneider, bekend stuntman uit No Time to Die en Fast and Furious 6, mocht de Franse bijdrage aan het racegenre gaan opleveren in de vorm van misdaadfilm GTMax. Vervang de ronkende wagens voor hippe maxiscooters en organiseer een achtervolging door Parijs, en klaar is kees. Het blijkt de formule voor een flutfilm, die enkel de aandacht van de grootste motorfans (eigenlijk scooterfans) vast kan houden.
GTMax zet groots in op alles wat met snelheid op wielen te maken heeft. Direct na het startschot begint een politieachtervolging door de Franse hoofdstad. Een criminele bende op TMAX-maxiscooters treitert de politie en weet hun achtervolgers met gemak af te schudden. Politierechercheur Delvo kijkt de boeven na een valpartij bloedlink na en nomineert zichzelf direct als de rauwe Franse agent, die de straten zal gaan zuiveren. Direct erna volgt een motocrossrace, een stukje parcours, nog een achtervolging, en ga zo maar door. Het doel is duidelijk: op zoveel mogelijk manieren rijden en stunten.
Voor het plot hoef je het niet te doen: motorcoureur Soélie is getraumatiseerd geraakt na de dood van haar moeder en heeft haar droom achter zich gelaten. Nu helpt ze haar broer Michael in het vak, die niet kan opboksen tegen de hoge verwachtingen van hun vader en ex-kampioen Daniel. Schulden dwingen het gezin om steeds dieper het criminele circuit in te duiken en hun vaardigheden achter het stuur ten slechte in te zetten. Al gauw springt Soélie weer in het zadel, voegt ze zich bij de bende en wordt Parijs hun persoonlijke speelplaats.
Uit de regiekeuzes blijkt vooral een grote fascinatie voor de machine en de rit. Aan de stunts van Schneider kun je dan ook een puntje zuigen, maar op andere vlakken toont de hand van een beginner zich telkens weer. De cinematografie blijft braafjes de coureurs in beeld brengen alsof het eerder een YouTube-compilatie betreft dan een bikkelharde strijd, wat wordt gespiegeld door de saaie montage. De steegjes, trappetjes en kades van Parijs vormen de perfecte arena voor racers op twee wielen, maar helaas wordt dit filmisch nooit volledig benut.
Niets aan GTMax valt niet vanaf de eerste tien minuten te voorspellen, en daar moet de kijker zich zo snel mogelijk bij neerleggen. De Franse setting vormt een leuke variatie op de welbekende Amerikaanse snelwegen waar de meeste racefilms plaatsvinden, maar daarmee is ook wel het meeste gezegd. In deze ongebalanceerde mix van zoetsappig familiedrama en teleurstellende misdaadfilm zijn er gelukkig veel vette motoren (eigenlijk scooters) om dat goed te maken. Maar hoe cool de maker zijn onderwerp zelf mag vinden, nooit spat het lef van het scherm.
GTMax is te zien bij Netflix.