Over anderhalf jaar zou een nieuwe Mummy-film de aftrap moeten verzorgen van het zogenaamde Universal Monsters Cinematic Universe: een horrorfranchise rondom de klassieke monsters waar filmstudio Universal in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw veel succes mee had. Of dit plan kans van slagen heeft, valt echter nog maar te bezien. De laatste individuele speelfilms rondom Dracula, Frankenstein en de Wolf-Man werden immers niet bepaald met gejuich ontvangen. Des te wranger moet het zijn dat de concurrerende studio Sony enkele jaren geleden wél succes had met de klassieke filmmonsters door ze in een kleurrijke animatiefilm te stoppen. Hotel Transylvania was weliswaar geen hoogvlieger, maar de jeugdige doelgroep liep er voldoende voor warm dat een vervolg onvermijdelijk was. Terwijl Universal dus nog even blijft schaven aan een serieuze monsterfilmreeks waarvan het succes onzeker is, gaat Sony vrolijk door met hun animatiereeks die ongetwijfeld wél weer goede zaken zal doen.
Veel vervolgfilms gaan de fout in door geleerde lessen uit de voorganger te negeren en helaas is Hotel Transylvania 2 daarop geen uitzondering. Kwam de hoteleigenaar Dracula in het slotstuk van de eerste film nog tot inzicht dat hij zijn dochter moest loslaten om haar een eigen leven te laten leiden (zelfs al was dat samen met iemand van het door hem zo gevreesde mensenras), daar blijkt hij bij aanvang van dit vervolg weer een paar stappen terug te hebben gezet. Een huwelijk tussen zijn vampierdochter Mavis en de Californische backpacker Jonathan is tot daar aan toe, maar de trouwerij vindt uiteraard plaats in zijn hotel en daar blijven ze vervolgens ook wonen. Wanneer er gezinsuitbreiding komt, ontpopt de voormalige xenofobe vader zich tot een xenofobe grootvader en begint het hele riedeltje weer van voor af aan.
Spijtig, want aanvankelijk lijkt Hotel Transylvania 2 het nog in een nieuwe richting te zoeken wanneer bij kersverse moeder Mavis de overbezorgde trekjes van haar vader zich manifesteren. Laatstgenoemde zou een betekenisvolle rol kunnen vervullen door op zijn dochter de lessen over te dragen die hijzelf de vorige keer moest leren. De film is echter nauwelijks halverwege wanneer al overduidelijk blijkt dat Mavis een prima moeder is en Dracula simpelweg een bemoeizuchtig type dat niet kan verkroppen dat zijn kleinkind misschien geen scherpe hoektanden zal ontwikkelen. Overigens heeft hij ook nog ergens een vader rondlopen die nóg conservatiever is, maar aangezien die pas uiterst laat in de film opduikt, heeft zijn aanwezigheid nauwelijks impact op de familiedynamiek.
Draculas terugval in ontwikkeling schept een opvallend contrast met het volledige gebrek aan volwassenwording van zijn schoonzoon Jonathan. Diens klunzigheden volstonden in de vorige film nog om het plot op gang te krijgen, maar waar Mavis sindsdien duidelijk is gegroeid in haar moederrol, kleedt en gedraagt haar man zich nog steeds als een hyperactieve puber. Dat in de opening zijn rugzak als huwelijksgetuige wordt opgevoerd, is weliswaar nog een leuke grap, maar in de rest van de film is nooit te merken dat hij dit niveau zou zijn ontgroeid. Dat dit nooit door iemand wordt benoemd, maakt het des te moeilijker te verkroppen dat Dracula wederom de enige is die een les moet leren. Heeft een opa immers niet het recht iets onvolwassener te zijn dan de vader?
Dat de film uiteindelijk nog enigszins overeind blijft, is vooral te danken aan de opnieuw prachtige animaties en enkele geslaagde grappen. Met de humor durven de makers zelfs af en toe uit een iets duisterder vaatje te tappen, resulterend in mooie taferelen zoals Dracula die lieflijk een gruwelijk slaapliedje zingt. Daar staan echter even veel momenten tegenover waarop men het niet kan laten de zaken volledig voor te kauwen. Zo moet de leuk gevonden term vampa (een samenvoeging van vampire en grampa) blijkbaar letterlijk worden uitgelegd, waarbij duidelijk wordt dat dit vervolg mikt op het uiterst jeugdige publiek waarbij de voorganger zo goed in de smaak viel. Niet erg, maar het betekent helaas wel dat de film voor de vergezellende ouders maar weinig te bieden heeft.