Er is de laatste tijd veel hernieuwde belangstelling voor het leven van Elvis Presley. In de meeste verhalen is maar een kleine rol weggelegd voor zijn vrouw Priscilla, maar niemand minder dan Sofia Coppola is geïnteresseerd geraakt in haar leven. In haar kenmerkende stijl vertelt ze het verhaal van de jonge en gekwelde schone, waarin Elvis voor de verandering eens een bijrol speelt.
De relatie van Priscilla en Elvis Presley is vanaf het begin al ongewoon. De veertienjarige Priscilla woont met haar ouders op een Duitse legerbasis, waar de vierentwintigjarige Elvis toevallig zijn legerdienst uitzit. Na hun eerste ontmoeting ontstaat al snel een romance. Na Elvis' terugkeer naar Amerika zoekt Priscilla hem meerdere keren op en trekt op haar zeventiende definitief bij hem in.
Haar volwassenwording, hoe onconventioneel die ook is, wordt met make-up en haarstyling concreet in beeld gebracht. In de allereerste scène lijkt Priscilla echt net veertien. Het ongemakkelijke leeftijdsverschil komt zo extra sterk tot uiting. Later doet Elvis er alles aan om Priscilla er zo volwassen mogelijk uit te laten zien. Op dat moment slaat ook het acteerwerk om en begint Priscilla zich daadwerkelijk ouder dan haar leeftijd te gedragen.
De artistieke close-ups van haar handelingen zijn prachtig en tonen alle intentionele elementen van haar uiterlijk. Door zoveel tijd te nemen laten deze gestileerde tussenshots de ontwikkeling van Priscilla's dagelijkse routine goed zien. Van onschuldig huiswerk maken en cola drinken naar drugs nemen om de dag door te komen.
Het manipulatieve gedrag van Elvis richting Priscilla wordt niet onder stoelen of banken gestoken. Zijn eisen, zowel uiterlijk als gedragsmatig, worden steeds strikter en geforceerder. Hij ondermijnt constant haar vrije wil en creëert een giftige situatie voor de jonge Priscilla, waar ze niet zonder hulp van buitenaf aan kan ontkomen.
De tweede helft van de film is behoorlijk repetitief en daardoor voorspelbaar. Het is een constante opeenvolging van dezelfde gebeurtenissen: Priscilla en Elvis hebben het samen fijn, vervolgens doet Priscilla iets om hem boos te maken, waardoor hij agressief reageert. Zodra hij beseft dat hij zijn vrouw kwijt kan raken, verontschuldigt hij zich voor zijn agressie en is hij ineens poeslief.
Deze cyclische structuur wordt afgewisseld met montages van het gelukkige koppel. Door nietszeggende activiteiten zoals tuinfeesten met homevideo's in beeld te brengen, suggereert de film een persoonlijk inkijkje in de familie Presley. Gaandeweg worden de montages steeds afstandelijker. Letterlijk. De grotere filmafstand brengt de groeiende afstand tussen het geluk fingerende koppel subtiel in beeld.
Ook het machtsspel tussen Elvis en Priscilla verandert. Hoe meer zij op eigen voeten kan staan, hoe meer pijn Elvis haar moet doen voor hetzelfde effect. Opnieuw wordt het kinderlijke en onschuldige van Priscilla duidelijk weergegeven. Want uiteindelijk, en dit geeft ze zelf ook toe, is haar gevoel voor The King ontstaan uit obsessie en admiratie. Zijn misbruik van de situatie heeft haar meer dan genoeg pijn gedaan.
En toch, door zoveel aandacht te leggen op traumatiserende momenten in hun relatie, heeft de film in de tweede helft eigenlijk te veel om te vertellen. Coppola rent in razendsnel tempo langs de trauma's, in plaats van een selectie te maken en die dieper uit te werken. De abrupte afwisseling tussen blij en angstaanjagend werkt niet in zo'n hoge dosis. Met een kleinere selectie zouden de verschrikkelijke scènes harder aankomen en was het nog meer Priscilla's verhaal geweest.