Nadat de reboot uit 2016 het graf van de Ghostbusters-franchise gegraven leek te hebben, doet Jason Reitman een poging om het erfgoed van zijn vader nieuw leven in te blazen. In zijn interview met FilmTotaal zegt Reitman heel beleefd dat Paul Feigs versie wel degelijk belangrijk is geweest voor het Ghostbusters-universum. Die film leerde hem dat iedereen een Ghostbuster kan zijn, zolang het maar gaat over menselijke verbondenheid.
Deze les heeft Reitman zeker meegenomen. De regisseur bevindt zich op onbekend terrein, maar hij slaagt er toch in een thematische brug te slaan tussen dit actieavontuur en eerdere wapenfeiten zoals Juno en Tully. Want zoals vaker het geval is in zijn filmografie staat het familieleven centraal. Ghostbusters: Afterlife draait om Callie en kids, die uit huis worden gezet en noodgedwongen intrekken in de vervallen boerderij van Callies recent overleden vader. Hij was echter niet zomaar iemand, maar niemand minder dan Egon Spengler; één van de oorspronkelijke Ghostbusters.
Callie en Egon zijn van elkaar vervreemd geraakt door Egons obsessie met paranormale verschijningen. Ook na zijn overlijden probeert Callie zo veel mogelijk afstand te houden van alles waar haar vader zich mee bezighield. Trevor en Phoebe kunnen hun nieuwsgierigheid naar hun grootvader echter niet bedwingen en ontdekken wie Egon echt was. Met hun nieuw vergaarde kennis blazen ze de Ghostbusters nieuw leven in, al doen ze dat op hun eigen kinderlijke en avontuurlijke manier.
Het verhaal leent zich eenvoudig voor een nostalgietrip naar de klassieker uit 1984. Dat is dan ook hoe Ghostbusters: Afterlife het beste omschreven kan worden; een ode aan Ghostbusters. Dat betekent overigens niet dat hij niet reflecteert op de speelse belachelijkheid van het origineel. Zonder kritiek te leveren kaart de film luchtig de foute humor en onzinnigheden aan.
Dat is helaas ook het enige wat deze film te bieden heeft: verwijzingen en eerbetonen. Een sort Ready Player One, maar dan uitsluitend met Ghostbusters-referenties. Dat zorgt voor een aantal grappige en slimme momenten, maar na verloop van tijd wordt het nogal irritant. De film heeft geen eigen benen om op te staan. De personages zijn niet sterk of boeiend genoeg om de film te dragen. Er is te weinig variatie in hun persoonlijkheid: het zijn allemaal nieuwsgierige types die niet vies zijn van een groot avontuur. De bijrollen leveren slechts de komische tegenhang, maar er is niemand die het verhaal fatsoenlijk ondersteunt.
Vooral teleurstellend zijn de komische botsingen tussen de personages. Door het gebrek aan eigenzinnigheid zijn alle interacties vrijwel identiek. Ideologische verschillen of contrasterende drijfveren zijn er niet; iedereen werkt mee omdat ze Ghostbusters-fan zijn. Dat gebrek aan conflict maakt de film oninteressanter dan hij had kunnen en moeten zijn. Goedkope en oninteressante fanservice krijgt meer prioriteit dan een solide script.
Dit complete gebrek aan persoonlijkheid doet de film merkbaar geen goed. Met opzettelijk slecht bedoelde grappen wordt nog wel een poging tot zelfreflectie gedaan, maar de uitvoering laat veel te wensen over. De clou is meestal hoe slecht de grap is. Dat is in het begin wel geestig, maar na drie of vier keer wordt het irritant.
Toch is Ghostbusters: Afterlife zeker niet compleet mislukt. Het is duidelijk dat dit project Jason Reitman aan het hart ging. Zijn doel is de klassieker van zijn vader te eren en nog meer impact te geven. De focus ligt echter zo sterk op de verwijzingen dat al het andere verloren gaat. De thematiek van onvoorwaardelijke familieliefde raakt vertroebeld in de dikke laag nostalgie. Dat maakt dit derde deel uit de Ghostbusters-canon niets anders dan teleurstellend.
Bekijk ook ons interview met regisseur Jason Reitman.