In 2012 schreef Arthur Japin 'Maar buiten is het feest', een roman gebaseerd op de traumatische jeugdervaringen van zangeres Karin Bloemen. Regisseur Jelle Nesna, zelf slachtoffer van misbruik, vond troost in het boek en besloot het te verfilmen. Het levert een knappe film op die tegelijkertijd fijnbesnaard is en spannend als een goede thriller.
Een meisje van een jaar of twaalf met een gitaar doet mee aan een talentenjacht. Als ze wordt voorgesteld als Willemke, verbetert ze de presentator gedecideerd: het is Sonne. 'Flashforward' naar 2020. Sonne trekt als zangeres volle zalen en woont samen met een sympathieke jongen op een idyllische woonboot. Geen vuiltje aan de lucht, tot ze verneemt dat haar zus verongelukt is. Sonne reist af naar haar familie van wie ze duidelijk vervreemd is en neemt een rigoureus besluit; ze wil de voogdij over haar dertienjarige nichtje Lotte.
Via flashbacks wordt langzaam duidelijk welk gruwelijk drama zich in de familie heeft voltrokken. Toen Willemke/Sonne een jaar of twaalf was, hertrouwde haar moeder met Kees, een ogenschijnlijk zachtaardige man met een ongezonde interesse in zijn stiefdochters. In het heden duikt Kees ook weer op. Als vader van Lotte (huh?) eist hij een omgangsregeling. Sonne is tegelijkertijd vastberaden te zwijgen over haar verleden, waardoor een steeds grotere kloof ontstaat tussen haar en haar vriend.
Voor de kijker is Sonnes zwijgen soms ronduit frustrerend. Mens, lucht je hart, denk je naarmate ze de muren verder optrekt. Maar dit is nou net wat de film zo pijnlijk duidelijk maakt. Dat schaamte rond misbruik zó groot kan zijn, dat alles beter is dan uit de school klappen - zelfs als dat je je relaties met dierbaren kost.
De familiegeschiedenis is complex en er wordt lustig heen en weer gesprongen tussen heden en verleden. Soms is Buiten Is Het feest daardoor nodeloos ingewikkeld en voelen scènes iets te uitleggerig, maar tegelijkertijd verhoogt het ook de spanning. Geleidelijk krijg je steeds meer informatie en tekent zich een gruwelijk verhaal af. Dat het spel hier en daar wat hoekig is, is misschien onvermijdelijk met zo'n jonge cast en zo'n zwaar onderwerp. Hoe Eelco Smits gestalte geeft aan Kees is dan wel weer indrukwekkend. Niet vaak is een verkrachter op het witte doek zo charmant. Je voelt je bijna vies als de aftiteling loopt.