Wetende dat een verhaal waargebeurd is, voegt dat iets toe? Dat het 'meisje' uit Brest van de titel, La Fille de Brest, een echt bestaand figuur is, maakt dat haar drama sterker? Of roept het juist vragen naar de waarachtigheid van het verhaal op? Bij biopics van beroemde mensen speelt dat altijd een rol, bij films over minder bekende mensen valt het vaak wat lastiger te verifiëren tenzij je al in de materie zit.
Bij La Fille de Brest is het geval ook nog eens dat de film op een boek van de hoofdpersoon is gebaseerd, Mediator 150 mg van Irène Franchon. Het verhaal dat daaruit voortkomt is vrij simplistisch, met een heldin, een stel boeven en een strijd om leven en dood. Het boek van Franchon heette oorspronkelijk 'hoeveel doden', maar dat werd per rechtszaak tegengehouden door de fabrikant van het medicijn Mediator.
Die ook heeft kunnen regelen dat ze niet bij naam wordt genoemd in La Fille de Brest. Tenminste, het is zeer opvallend dat hun naam niet voorkomt in de film terwijl zij de grote antagonist zijn van de film, dit "tweede farmaceutische bedrijf van Frankrijk." Ondanks dat La Fille de Brest naast het verhaal van Franchon ook één grote aanklacht is tegen de farmaceutische industrie en het stellen van kapitaal boven mensenlevens, houdt het verantwoordelijke bedrijf zo toch nog enige controle over zijn beeldvorming.
Desalniettemin is het bedrijf een makkelijke schurk. Ongeïnteresseerde zakenmensen in dure pakken en mantelpakjes, die een medicijn maken waar mensen hartklepaandoeningen van krijgen. Met soms dodelijke gevolgen. Longarts Irène Franchon ontdekt in april 2009 tijdens een operatie dat er geen logische verklaring is voor wat er mis is met haar patiënt, en ziet als enige logische oorzaak het medicijn Mediator. Dus gaat ze op onderzoek uit, ondanks dat ze geen hartdokter is of ervaring heeft met medische onderzoeken. Daarbij komt ze uit Brest, in de regio Bretagne in noordwest Frankrijk, waardoor de vooroordelen zich tegen haar onderzoek opstapelen.
In eerste instantie wil de AFSSAPS, het Franse bureau voor de veiligheid van gezondheidsproducten, dan ook niets van haar verhaal horen en schaart zich aan de kant van het grote bedrijf. Het onderzoek wordt tegengewerkt en weinigen lijken de dokter of haar patiënten serieus te nemen. Maar ergens weet je toch al wel hoe het gaat aflopen. De waargebeurde factor zou dat onzeker moeten maken, want in het echte leven wint het grote bedrijf veel vaker van de underdog dan andersom, en zo'n verlies zou een aanklacht tegen de farmaceutische industrie prangend en wrang kunnen maken.
Maar dit is het verhaal van Irène Franchon, gebaseerd op haar eigen boek, dat ze in de film schrijft. Bovenal is de toon hier en daar veel te licht en vrolijk om een slechte, deprimerende uitkomst te verwachten. Wanneer de wel verwachte uitkomst uiteindelijk komt, is dat dan ook vooral voorspelbaar in plaats van de opluchting die het voor Franchon was. Echt spannend wordt La Fille de Brest daardoor nooit, hoe de hartslag op de geluidsband daar ook zijn best voor doet.