Hostage
Recensie

Hostage (2005)

Een weinig spannende thriller, die de nodige actie-elementen ontbeert.

in Recensies
Leestijd: 3 min 45 sec
Regie: Florent Emilio Siri | Cast: Bruce Willis (Jeff Talley), Kevin Pollak (Walter Smith), Jimmy Bennett (Tommy Smith), Michelle Horn (Jennifer Smith) e.a. | Duur: 113 min.

Bruce Willis schijnt het te hebben gehad met het spelen van actiehelden. "Ik ben het zat geworden over straat te rennen met een pistool in mijn hand", aldus de kale acteur een aantal maanden geleden. Begrijpelijk, maar hoe zit het dan met Hostage? Zowel de titel als de premisse (gijzelingsonderhandelaar wordt door boeven die zijn gezin hebben gekidnapt, gedwongen een gijzeling naar hun hand te zetten) beloven een film waarin pistolen en over straat rennen tot de verplichte nummers behoren. Maar het lijkt Bruce menens te zijn, want in Hostage is hij geen actieheld – eerder het gekwelde middelpunt in een nogal grimmig verhaal, dat obligaat actiegeweld wil vermijden en liever de weg van slecht uitgewerkt ‘psychologisch drama’ inslaat. De film is daardoor vaak eerder deprimerend dan enerverend, en lange tijd ook behoorlijk saai. Inderdaad lieve lezers: het bezwaar tegen deze thriller is dat hij niet de formule wil volgen. Het is ook nooit goed.

De sombere toon van de film wordt al snel gezet: een vol behaarde en bebaarde Bruce Willis maakt als toponderhandelaar bij de politie van L.A. een grove inschattingsfout, waardoor een gijzeling uitmondt in een bloedbad. Een klein jongetje laat het leven in de armen van Bruce, die daarop besluit zijn hoofd kaal te scheren en politieman te worden in een slaapstadje waar iedere dag tot Misdaadvrije Dag wordt uitgeroepen. Zijn vrouw denkt over een scheiding en zijn dochter praat niet met hem; dit maakt voor de plot verder weinig uit, maar het illustreert hoe belangrijk het voor de makers was om geen enkel lichtpuntje in deze film toe te laten.

Bruce moet weer aan de bak wanneer drie white trash jongeren het huis van een steenrijke accountant binnendringen en hem, zijn tienerdochter en zijn kleine zoontje gijzelen. De boel escaleert in rap tempo en binnen de korste keren staat er een batterij zwaailichten en scherpschutters voor het huis, terwijl binnen de drie opgefokte jongens elkaar en hun gijzelaars het leven zuur lopen te maken. Het wordt nog erger: in het huis ligt een DVD met versleutelde informatie, die toebehoort aan een stel gewetenloze en invloedrijke criminelen. Zij besluiten dat ze onze getraumatiseerde held nodig hebben om het schijfje te bemachtigen, en doen hem een voorstel dat hij niet kan weigeren: neem de situatie in eigen hand en bezorg ons die DVD, dan krijg jij je gezin terug.

Na het opzetten van een dergelijke situatie zou het niet al te moeilijk moeten zijn om het geheel op adrenalineverhogende wijze af te wikkelen, maar Hostage past ervoor om Bruce Willis al yippee-ka-yayend door ruiten te laten springen. In plaats daarvan hangt hij tijdens de tweede akte van de film veel aan de telefoon: met de schimmige criminelen die zijn gezin vasthouden, met de doodsbange gijzelnemer Dennis, en met het accountantszoontje, dat zichzelf heeft bevrijd en zich met een mobiele telefoon ophoudt in de onwaarschijnlijk grote kruipruimte van het huis. De film zakt tijdens dit gedeelte in als een te vroeg opgediende kaassoufflé, mede doordat het jongetje wordt gespeeld door een irritant overacterende kindacteur. Ook wordt er veel aandacht besteed aan het geschmier van gijzelnemer Mars, een psychopathische creep met een ongezonde fascinatie voor de dochter des huizes. Ook hij is getraumatiseerd en dat zullen we weten ook. Op dit punt begint de film zichzelf zo serieus te nemen, dat je Bruce zou willen smeken om in te grijpen met een laconieke oneliner en een paar duizend kogels.

Helaas: Bruce heeft het te druk met wanhopen en bellen. Hij komt pas weer in actie tijdens de nogal detonerende slotakte, waarin Mars zich ineens ontpopt tot een kruising tussen horroricoon Michael Myers en huurmoordenaar Léon, getrainde killers afslachtend alsof hij niet anders gewend was. Intussen wordt het in de tagline aangekondigde dilemma, ‘zou je een ander gezin opofferen om dat van jezelf te redden?’, niet op de spits gedreven. Op geen enkel moment wordt Bruce echt voor de keuze tussen zijn gezin en zijn professionele verantwoordelijkheid gesteld, en dat haalt de angel definitief uit de film. Dan werd dat gegeven door de serie 24, waar de schrijvers van Hostage ongetwijfeld leentjebuur bij hebben gespeeld, toch beter uitgewerkt. Aan de schrijvers van Die Hard 4 (wellicht Willis’ laatste actiefilm) tenslotte één verzoek: of hij nou wil of niet, druk Bruce straks gewoon dat pistool in zijn handen en laat hem lekker weer blootsvoets over straat hollen. Yippee-ka-yay!