Robert Rodriguez en Quentin Tarantino hadden een idee: Grindhouse. Twee films voor de prijs van één, twee odes aan B-films uit de jaren zestig en tachtig die in de Verenigde Staten in zogenaamde grindhouses werden vertoond. In deze smoezelige achterafbioscopen kreeg men vaak twee obscure B-films te zien op vertoon van één toegangskaartje. Zulke double features (ook wel double bills) werden hooguit gescheiden door wat trailers van andere films. Ook die werden door Tarantino en Rodriguez vakkundig gereproduceerd door wat collegas te vragen om een aantal neptrailers te schieten. Alles werd dus in het werk gesteld om de grindhouse-ervaring na te bootsen. Volgens het overgrote deel van het publiek en de critici slaagden ze daarin glansrijk, maar het mocht allemaal niet baten
Ondanks lovende recensies en positieve reacties flopte het project behoorlijk in Amerika. De films werden gesplitst en in de rest van de wereld met enkele maanden tussentijd uitgebracht. Begin juni was Tarantinos Death Proof te zien en nu kunnen we in Nederland eindelijk genieten van Rodriguez Planet Terror. Dat neemt niet weg dat het originele concept finaal om zeep is geholpen door de opdeling, waarbij de meeste neptrailers ook nog eens op de montagetafel achterbleven.
Gelukkig heeft één het overleefd, logischerwijs die van Rodriguez zelf, en deze is voorafgaand aan Planet Terror te zien. De aankondiging voor het fictieve Machete, waarin cultheld Danny Trejo ten strijde trekt tegen allerlei geteisem, zit boordevol hilarische uitspraken, slogans en situaties en is een uitstekende start voor de achtbaan vol humor en actie die volgt. Het is te hopen dat Rodriguez zijn beloftes waarmaakt en hiervan alsnog een echte film gaat maken.
Daarna start de echte film met een paaldans van de schaars geklede Cherry Darling. Geheel los daarvan staat de volgende scène, waarin geleerde zakenman Abby een mislukte deal om één of ander gas oplost door de ballen van de andere partij af te snijden. Even later doet El Wray, onze toekomstige held, een barbecuetent aan en ontmoet daar oude liefde Cherry Darling. Ondertussen gaat Dr. Dakota Black de zwaarste nacht van haar leven tegemoet als de gewonden met zich supersnel ontwikkelende infecties het ziekenhuis binnen stromen. En niemand die het opvalt dat er op de openbare weg al mensen worden opgegeten door hun soortgenoten
Al deze personages, plus een aantal anderen, krijgen op de een of andere manier met elkaar te maken terwijl ongewone zombies de lokale populatie drastisch aan het verminderen zijn. Dat gaat gepaard met flink wat vieze beelden: gore infecties, lelijke wonden, ingewanden die als voedsel dienen, missende ledematen, testikels in potjes, en dat is nog lang niet alles. Mensen die niet tegen dergelijke taferelen kunnen, zijn bij deze gewaarschuwd. Met de kanttekening dat het allemaal niet misselijkmakend moet overkomen. Rodriguez bedoelt het humoristisch en deze knipoog is van meet af aan duidelijk.
De grootste attractie is natuurlijk het machinegeweerbeen van Rose McGowan en deze ode aan de Evil Dead-reeks maakt in een memorabele actiescène alle verwachtingen waar. Dit pronkstuk is exemplarisch voor Planet Terror: het is allemaal vrij onzinnig en over de top, maar o zo hilarisch en enerverend. Het is alleen jammer dat de extreme manier waarop het (digitaal gefilmde) beeld bewerkt is om te suggereren dat deze print al helemaal stuk is gedraaid een beetje loos is geworden buiten de context van het project Grindhouse. Datzelfde geldt voor de missing reel, waarbij een belangrijk stuk plot gewoon uit de film gelaten is, een van de beste grappen in de film.
Rodriguez nam weer eens zoveel mogelijk taken voor eigen rekening en verzorgde naast de regie, het script, de productie en de montage ook de muziek. Eerst was het de bedoeling dat horrorveteraan John Carpenter (Halloween, The Thing) dat laatste zou doen, maar toen hij uitviel besloot Rodriguez het zelf maar te doen, net als Carpenter bij zijn eigen films doet. Rodriguez is de originele plannen echter niet uit het oog verloren en de muziek ademt met diverse synthesizerloopjes regelmatig de sfeer van Carpenters werk.
En zo zit de film boordevol verwijzingen naar klassieke en obscure horrorfilms, en daarnaast naar Rodriguez eigen werk. Veel meer dan pastiche is Planet Terror dan ook eigenlijk niet, maar het wordt met zo veel liefde, enthousiasme en humor gebracht dat dit niets aan de film afdoet. Sterker nog, Rodriguez heeft een uitstekende, zeer vermakelijke actiehorrorfilm gemaakt die zich kan meten met de films waaraan hij een ode is en die prima binnen zijn oeuvre past. De leukste horrorfilm sinds Bubba Ho-tep.