Het castingproces voor liep tamelijk moeizaam. Want hoe vind je als filmmaker in vredesnaam een geschikte boom? Voor de film werd stad en land afgezocht naar een majestueus exemplaar dat een hypermetafoor kon vormen voor leven en dood. Ergens midden in de Australische outback vonden de makers er na lang zoeken uiteindelijk één die hun goedkeuring kon wegdragen. Dat had iets heel sprookjesachtigs kunnen worden. Maar in Julie Bertucellis handen is de kolossale boom het middelpunt van een drama dat te diep geworteld is in allegorische zaken en zich te weinig vertakt in geloofwaardigheid.
Midden in het zonnige landschap staat het huis van de familie ONeil in de schaduw van de reusachtige boom uit de titel. Het aangename stulpje en de eindeloze vlaktes eromheen zijn rustgevend en het geluk lijkt niet op te kunnen. Totdat de vader van het gezin plotsklaps een hartaanval krijgt en zichzelf tegen de boom rijdt. Zijn vrouw Dawn is ontroostbaar. De dagen en weken die erop volgen zijn vermoeiend en het enige waar de weduwe haar troost uit haalt, zijn de fantasieën van haar dochter Simone. Ze meent haar vader te horen fluisteren in de boom. Naarmate de tijd verstrijkt groeien de takken steeds verder het huis in, waardoor Dawn het gevoel krijgt dat haar man er nog steeds is om haar gezin te beschermen.
De wortels van de boom drukken echter de hele riolering van het huis kapot. Dawn besluit een loodgieter in de arm te nemen en deze blijkt prompt voor haar te vallen. Volgens de ruige Australische bonk valt de afvoer maar op één manier te redden: de boom moet tegen de vlakte. Hoewel Dawn daar aanvankelijk mee instemt, krijgt ze twijfels als ze ziet dat Simone stug blijft volhouden dat haar vader via de boom communiceert.
heeft een sterke rolbezetting met namen als Charlotte Gainsbourg en Marton Csokas. Opvallend is de vanzelfsprekende manier waarop de jonge Morgana Davies haar personage een gezicht geeft. De vroegwijze Simone steelt moeiteloos ieders hart, maar of het publiek daardoor net zo gevoelig wordt voor haar fantasie als Dawn is de vraag. Tussen het geritsel van de bladeren is een stem namelijk nauwelijks waarneembaar en de film doet dan ook een flink beroep op je verbeeldingskracht. Gainsbourg weet met haar weemoedige blikken de juiste toon aan te slaan als rouwende echtgenoot en voorziet haar personage van uiterst subtiele nuances. De beelden van het Australische landschap zijn daarbij lumineus en hebben zelfs iets poëtisch doordat ze immer door zonnestralen worden gekleurd. Dat maakt de toestand voor de familie nog enigszins hoopvol. Maar jammer genoeg komt het verhaal niet verder dan het eindeloze getouwtrek rond het al dan niet kappen van de boom.
Het is dan ook extra betreurenswaardig dat de cast zo verdomd weinig in handen krijgt om mee te werken. In plaats van een tranentrekkend melodrama schotelt Bertucelli hier veel te vaak metaforische kitsch voor. De regisseuse gaat daarin behoorlijk ver. Een voorbeeld daarvan is dat Dawn voordat ze gaat slapen een tak over zich heen trekt, alsof het de arm van haar overleden man is. Daar moet je maar net in kunnen geloven; bij een nuchter publiek hoef je daar natuurlijk niet mee aan te komen. steekt vakkundig prima in elkaar en de soundtrack sluit naadloos aan bij het welhaast dichterlijke gegeven. Het boomverhaal wil alleen nergens écht geloofwaardig worden.