Balada Triste de Trompeta
Recensie

Balada Triste de Trompeta (2010)

Twee rivaliserende, misvormde clowns vechten om de vrouw van hun dromen in deze bizarre Spaanse genrefilm.

in Recensies
Leestijd: 2 min 34 sec
Regie: Álex de la Iglesia | Cast: Carlos Areces (Javier), Antonio de la Torre (Sergio), Carolina Bang (Natalia), e.a. | Speelduur: 107 minuten | Jaar: 2010

Clowns zijn bedoeld om ons aan het lachen te maken, maar het verhaal gaat dat mensen die als clown optreden zelden vrolijk door het leven gaan. Die mythe gaat zeker op voor de twee rivaliserende clowns Javier en Sergio in het Spaanse Balada Triste de Trompeta, een film die het afgelopen jaar twee belangrijke prijzen won op het Filmfestival van Venetië en ook op het Nederlandse festival Imagine hoge ogen gooide.

Enige voorkennis van de Spaanse geschiedenis is handig bij het bekijken van deze nieuwe film van regisseur Álex de la Iglesia, omdat hij je zonder enige achtergrondinformatie in het verhaal gooit. Balada Triste begint in 1937, ten tijde van de Spaanse Burgeroorlog, waar we getuige zijn van het optreden van twee circusclowns. Al snel wordt het circus echter opgeschrikt door het republikeinse leger, dat iedereen dwingt mee te vechten in hun strijd tegen de rebellen. Dit ontaardt in een massale slachtpartij, die ook de ‘vrolijke’ clown uiteindelijk het leven kost, waardoor zijn jonge zoon Javier verder als wees door het leven moet.

Deze Javier is de hoofdpersoon in het vervolg van de film, die dan vooruit is gesprongen naar 1973. Javier is in de voetsporen van zijn vader getreden en is ook actief als clown; een trieste clown om precies te zijn, omdat hij nooit heeft kunnen lachen in zijn leven. Als Javier toetreedt tot een nieuw circusgezelschap komt hij in contact met de andere clown van dit circus, Sergio, een sadistische man die weinig respect heeft voor zijn collega’s, maar vanwege zijn succes wel de levensader is van het circus. De zaken worden pas echt complex als Javier valt voor de bloedmooie vriendin van Sergio, en de relaties op scherp komen te staan.

Hoewel deze synopsis nog niet erg vreemd klinkt en de film een klassiek verhaal vertelt over twee mannen die vechten om het meisje, is het de visuele stijl die van Balada Triste zo’n opmerkelijke film maakt. De la Iglesia had blijkbaar zin zichzelf eens lekker uit te leven en heeft gekozen voor een zeer excentrieke beeldtaal, vol visuele bombast en plastische geweldsscènes. Zeker in het tweede deel van de film, als de gezichten van Javier en Sergio verminkt raken en beiden voortaan echt als clowns door het leven gaan, laat De La Iglesia alle teugels los en vliegt de film meerdere malen gierend uit de bocht.

Balada Triste is dan ook geen geschikt materiaal voor mensen met een zwakke maag die houden van rechtlijnig in beeld gebrachte films. Dit is groots bedoelde cinema, vol spektakel, grote emoties en bizarre plotontwikkelingen. Niet alles werkt even goed, dat kan ook bijna niet met zo’n excentrieke stijl, maar je bent al snel bereid De la Iglesia te vergeven, alleen al voor het pure lef om zo’n film te maken in tijden dat arthousecinema synoniem is komen te staan met lange, trage shots waarin helemaal niets gebeurt. Dat het ook anders kan, bewijst dit heerlijke Spaanse rommeltje wel.