Dream House
Recensie

Dream House (2011)

Laat je niet misleiden door de imposante cast. Na een grote onthulling halverwege dondert deze thriller van Jim Sheridan volledig in elkaar.

in Recensies
Leestijd: 3 min 5 sec
Regie: Jim Sheridan | Cast: Daniel Craig (Will Atenton), Rachel Weisz (Libby), Naomi Watts (Ann Patterson), Marton Csokas (Jack Patterson), Rachel Fox (Chloe Patterson), e.a. | Speelduur: 92 minuten | Jaar: 2011

Een sappige plotwending is het ultieme middel om een verhaal compleet op zijn kop te zetten. Alles wat zich voor de twist afspeelde komt ineens in een heel ander daglicht te staan. Er zijn filmmakers die er hun bekendheid aan te danken hebben, maar die de plotwending te veel tot doel op zich hebben gemaakt. Dikwijls pakt een verhaalomslag ongelukkig uit, waardoor je met het gevoel naar buiten gaat dat je al die tijd voor de gek bent gehouden of dat de geloofwaardigheid van de film om zeep is geholpen. Een ongeschreven regel dicteert dat de twist zich doorgaans in de slotakte aandient. Dream House van de Ierse Jim Sheridan maakt de gewaagde keuze om al halverwege het roer rigoureus om te gooien. De gevolgen zijn desastreus.

De succesvolle uitgever Will Atenton hangt zijn loopbaan aan de wilgen om meer tijd met vrouw Libby en hun twee bloedjes van dochters te kunnen doorbrengen. Het knusse gezinnetje heeft net een nieuw huis betrokken en er valt nog genoeg te schilderen en te klussen. Het optrekje herbergt echter een duistere historie. Er heeft zich vijf jaar geleden een gezinsdrama voltrokken, waarbij de vorige heer des huizes zijn medegezinsleden op brute wijze heeft afgeslacht. Wills dochters zien na deze ontdekking een vreemde man in de tuin. De buren die contact hadden met het vermoorde gezin zijn zo gesloten als oesters. De vraag is of Wills gezin wel veilig is in hun nieuwe onderkomen.

Met grote namen als Daniel Craig, Rachel Weisz en Naomi Watts aan boord oogt Sheridans thriller op papier veelbelovend. Hoe ontzagwekkend de cast ook is, met een rammelend scenario kun je de boel nog steeds flink verknallen. Tot deze tragische conclusie kom je al snel als je na een half uur verveeld op je horloge kijkt. Nu blinkt het thrillergenre slechts in uitzonderlijke gevallen uit in originaliteit, maar Dream House maakt het wel heel bont. Sheridan werkt clichématig de scènes af waarin de peilers van het zwakke verhaaltje de moerassige grond in worden geheid. Er valt bovendien veel aan te merken op de spanningsopbouw. Het enige schrikeffect dat Dream House arm is, wordt er al vlot doorheen gejast, waarna slaafs wordt toegewerkt naar die ‘wereldschokkende’ plotwending.

Als deze zich voltrokken heeft verschieten Sheridan en zijn scenarist David Loucka in één klap hun kruit. De tergend langzame drie kwartier die daarna nog volgt, is gevuld met gebakken lucht. Oninteressante zijplotjes, bijvoorbeeld over het rammelende huwelijk van buurvrouw Ann en een psychiatrisch ziekenhuis, worden nauwelijks uitgewerkt en leiden tot een nog grotere janboel. Het is volstrekt evident hoe het halverwege allemaal in elkaar steekt, maar vervolgens wordt de zaak nog even uitgebreid van alle kanten bekeken. Tot veel nieuwe inzichten leidt dit overigens niet, hooguit tot wat voorspelbare nuanceringen.

Het allergrootste raadsel blijft toch wat de acteurs in dit bedrijfsongeval hebben gezien. Zelfs met al het talent van de wereld valt hier namelijk weinig zinnigs van te brouwen. De betrokkenen dekken zich ondertussen in om grotere (reputatie)schade te voorkomen. Naar verluidt zou Sheridan niks meer met de film te maken willen hebben nadat de studio zijn film in de hermontage gooide. Het liefst zou de regisseur zijn naam van de credits verwijderd zien worden. Craig en Weisz weigerden op hun beurt voor promotie te komen opdraven. Dit droomhuis blijkt een kaartenhuis dat bij het minste zuchtje wind in elkaar lazert. Als je de plotwending wil weten, kun je net zo goed de trailer bekijken. Die verklapt namelijk alles en bovendien hou je zo anderhalf uur over voor nuttigere zaken.