Oz: The Great and Powerful
Recensie

Oz: The Great and Powerful (2013)

Zowel een liefdevolle ode aan het origineel als een op zichzelf staand avontuur.

in Recensies
Leestijd: 2 min 26 sec
Regie: Sam Raimi | Cast: James Franco (Oz), Mila Kunis (Theodora), Rachel Weisz (Evanora), Michelle Williams (Annie / Glinda), Zach Braff (Frank / Finley), e.a. | Speelduur: 130 minuten | Jaar: 2013

De geavanceerde computertechnieken van tegenwoordig hebben filmmakers al meerdere malen uitgenodigd om klassiekers van een nieuwe look te voorzien. Dat er visueel meer wordt uitgepakt, lijkt dan jammer genoeg ook vaak meteen het hoofddoel te zijn. Tim Burtons versie van Alice in Wonderland is daar een goed voorbeeld van. Het zag er allemaal indrukwekkend uit, maar het klassieke verhaal werd bedolven onder een bombast van actie en computereffecten. Gelukkig gooit Sam Raimi het over een andere boeg met zijn prequel van The Wizard of Oz.

Uit alles blijkt de liefde voor het origineel uit 1939. Oz: The Great and Powerful start in het klassieke 4:3-formaat, in zwart-wit. Victor Fleming begon zijn klassieker, inmiddels wereldberoemd vanwege het revolutionaire gebruik van Technicolor, op dezelfde manier. Pas vanaf het moment dat hoofdpersonage Dorothy in de bekende fantasiewereld belandde, werd het sprankelende kleurenpalet zichtbaar. Het moet adembenemend zijn geweest voor bezoekers aan het eind van de jaren dertig, die zich daarvoor vrijwel uitsluitend hadden moeten vermaken met grijstinten in de bioscoop. Raimi weet dat gevoel te benaderen door zijn kijkers eerst te laten wennen aan dat oude formaat, om vervolgens in een prachtig shot naar kleurrijk breedbeeld te verschuiven.

Illusionist Oscar komt in een luchtballon het Land van Oz binnenvliegen. Nadat hij op de vlucht is geslagen en door een orkaan de magische wereld werd ingeslingerd, wordt hij direct aangezien voor de grote tovenaar die voor verandering moet gaan zorgen. Met dollartekens in zijn ogen speelt hij het spelletje vrolijk mee, maar dat blijkt toch niet zo makkelijk als hij aanvankelijk dacht. Wie het origineel goed kent, weet waar dit verhaal op uitdraait. En dat is nou het leuke aan deze prequel.

Hoewel hij ook prima op zichzelf kan staan als avontuurlijke fantasiefilm, zal Oz vooral een feest van herkenning zijn voor liefhebbers van het origineel. De scenaristen hebben het bronmateriaal duidelijk goed bestudeerd. Naadloos weten ze het nieuwe aan het oude te koppelen. Wie dat misschien nog wel beter doet, is Sam Raimi. Waar menig ander regisseur deze film vol had gestopt met baanbrekende computereffecten, laat hij ook het Oz zien zoals we het nog in ons hoofd hebben zitten. Met sterke kleurcontrasten zoals Technicolor die had en een aantal achtergronden die duidelijk met de hand zijn getekend. En natuurlijk zijn er ook scènes die wel zijn gemaakt met fraaie moderne technieken. Het knappe is dat daar precies de goede balans in is gevonden. Zowel in het scenario als op visueel vlak gaan modern en klassiek hier hand in hand. Nooit verliest deze prequel het origineel uit het oog, terwijl hij verfrissend genoeg blijft om nog op eigen benen in de filmwereld van vandaag te kunnen staan. De makers hebben daarmee een brug geslagen over ruim zeventig jaar aan filmgeschiedenis, en dat is zonder meer lovenswaardig.