Eigenlijk had Proxima al twee maanden geleden in de Nederlandse bioscopen moeten uitkomen, maar zoals bekend gooide COVID-19 roet in het eten. De film van Alice Winocour profiteert mogelijk een klein beetje van zijn nieuwe releasedatum; dankzij de coronacrisis weet iedereen namelijk maar al te goed wat het betekent om in quarantaine te zitten en familieleden te moeten missen. Moeder en dochter, gescheiden door een glazen wand - het is helaas geen fictie meer.
In Proxima volgen we Sarah Loreau, een Franse astronaut die zich voorbereidt op een langdurige missie aan boord van het International Space Station. Voordat de raketlancering vanaf een basis in Rusland plaatsvindt, moet ze een intensief trainingsprogramma doorlopen in 'Star City', net buiten Moskou. Aldaar introduceert de Amerikaanse macho Mike Shannon haar bij de rest van de crew - met een vrij ongemakkelijk grapje, waaruit blijkt dat seksisme allerminst is uitgeroeid binnen het door mannen gedomineerde wereldje van de ruimtevaart. Het lijkt er even op dat de film hiermee vertrouwde wegen zal bewandelen, maar dan draait Mike plotseling bij. Zijn machogedrag maakt plaats voor empathie. Net op tijd, want hij dreigde eventjes een clichématig figuur te worden.
Voor Sarah is het verlaten van de aarde niet slechts een kwestie van domweg in een raket stappen die vervolgens de lucht in schiet. Ze heeft ook verantwoordelijkheden, zoals de maatschappelijke norm dat keurig voorschrijft aan vrouwen met kinderen. Waarom is er niemand die een probleem maakt van het feit dat mannen ook op avontuur gaan buiten de dampkring en dus hun kroost in de steek laten? Winocour (die eerder Augustine en Maryland maakte) onderzoekt dit soort vragen tot in de puntjes, waardoor een fijnbesnaard drama ontstaat. Naar het einde verliest de film in een enkele scène een beetje zijn geloofwaardigheid, maar dat is te vergeven omdat alles wat daaraan voorafgaat vrij sterk is opgebouwd.
Proxima - verwijzend naar de ster die zich het dichtst bij ons zonnestelsel bevindt - speelt op subtiele wijze met begrippen als toenadering en verwijdering. De film krijgt echter vooral vleugels door het breekbare spel van Eva Green en Zélie Boulant, die weliswaar niet veel scènes met elkaar delen, maar toch altijd weten te overtuigen. Daarnaast brengt dit drama een mooi eerbetoon aan alle vrouwelijke astronauten, wier namen en foto's vlak voor de aftiteling in beeld verschijnen. Een prestatie die moeilijk valt te overschatten, want in Alice Winocours film zit niet één ruimteshot. Alles speelt zich gewoon op aarde af. Geen duizelingwekkende omwentelingen in een oneindig zwart vacuüm, maar een kalm, inspirerend verhaal over het volgen van je dromen. Ook al kan de prijs die je daarvoor moet betalen soms vrij hoog zijn.