Hoe maak je een opvolger van een droog-absurdistische klucht over iemand die zijn hamer kwijt is op een naturistencamping? Met een genuanceerd portret van de ingewikkelde rol van de Antwerpse politiemacht ten tijde van de Duitse bezetting natuurlijk! Het Belgische toptalent Tim Mielants timmert internationaal flink aan de weg, en regisseerde onder andere afleveringen van Peaky Blinders en Legion. Maar met zijn Vlaamse films laat hij pas écht zien wat hij in huis heeft.
Net als in De Patrick werkt hij opnieuw samen met onze nationale trots Pierre Bokma, maar hij trekt ook een blikje bekende Vlamingen open van heb ik jou daar. Jan Decleir (Karakter), Koen De Bouw (De Zaak Alzheimer) en Jan Bijvoet (Borgman), allemaal komen ze graag even opdraven. En ook de markante Kevin Janssens keert met plezier terug, misschien wel omdat hij deze keer niet een hoop kilo's hoeft aan te komen om zijn rol te spelen. Maar centraal staat Stef Aerts (Belgica), als de Antwerpse politierekruut Wilfried Wils.
Wils was liever kunstenaar geworden, maar ook in tijden van oorlog moet je kunnen eten. Op zijn eerste dag als agent gebruikt korpschef Jean het kinderliedje over broodjes smerende beren om de voornaamste taak van een Belgische politieman te illustreren. "Ik stond erbij en ik keek ernaar", zo moet de nieuwe politieaanwas samen zingen. En diezelfde avond nog gaat het faliekant mis. Een Duitse soldaat schakelt Wilfried en zijn partner Lode (Matteo Simoni) in om een joods gezin op transport te zetten. En die militair rapporteert daags naderhand niet meer bij zijn commandant.
In de stromende regen dumpen de twee agenten het lichaam van de soldaat in een stuk rioolbuis. Wil zoekt hulp bij een prominente Antwerpenaar, maar die blijkt een opportunistische collaborateur te zijn. Partner-in-misdaad Lode heeft echter weer lijntjes met het verzet. Algauw wordt duidelijk hoezeer de jonge politieman tussen twee vuren staat. Des te meer wanneer ook nog eens de SS'er Gregor steeds prominenter in zijn nek begint te hijgen.
Dat oorlog verschrikkelijk is, hebben we al in legio films voorbij zien komen. Zeker de Tweede Wereldoorlog is een bron van verhalen die in de Lage Landen maar niet uitgeput lijkt te raken. En toch. Zolang het maar goed uitgevoerd wordt, blijft het een boeiend stuk geschiedenis om naar te kijken. Wil is gebaseerd op de gelijknamige bestseller van Jeroen Olyslaegers en geeft een verfrissende kijk op een onderbelichte partij binnen de machtsstructuur van een bezette stad: de politie.
Met memorabele, nauwkeurig afgetekende personages in vaak kleinschalige settings is Wil een WOII-film waar we als Nederlanders jaloers op mogen zijn. Waar onze filmmakers vaker geneigd zijn om hun budget zichtbaar te maken met spetterende spektakelscènes vol speciale effecten, weet regisseur Mielants voor heftigheid te vertrouwen op cameravoering en montage. Om zodoende het publiek naar het puntje van zijn stoel te bewegen. En wordt het toch even groot, zoals tijdens een razziascène, dan nog blijft Mielants vooral de acteurs nauw op de huid zitten.
Bij sommige films zie je eenvoudigweg dat je te maken hebt met een visuele verhalenverteller die uitblinkt in talent en vakmanschap. Dat was bij De Patrick al het geval, en met Wil bevestigt Mielants zijn status dubbel en dwars. Hij heeft weliswaar een verhaal te pakken dat het meer moet hebben van intensiteit dan van eigenzinnige originaliteit, maar het is fijn om te bemerken dat in de juiste handen zélfs het WOII-genre niet oververzadigd voelt.