Waarom voor de Engelstalige naam Ramen Shop is gekozen is een klein mysterie. De film begint in een Japans eettentje waar vooral ramen op het menu staat, en op het einde zie je het weer even terug. Daartussen speelt alles zich af in Singapore, waar hoofdzakelijk de varkensvleessoep bak kut teh wordt geserveerd. Ook daar staat geen moment een winkel of restaurant centraal, maar juist de liefde voor de kookkunst. Maar vooruit, de titel klinkt wel gezellig.
Na de dood van zijn starre vader gaat de Japanse kookgek Masato naar Singapore. Hij wil van zijn oom leren om bak kut teh te maken, zoals zijn Singaporese moeder Mei Lian die vroeger zo heerlijk kookte. In flashbacks zien we tussendoor hoe vader Kazuo vroeger in Singapore verliefd op haar werd en hoe ze trouwden. Maar er is meer aan de hand; Masato leert dat zijn oma nog leeft. Ook in zijn jonge jaren in Singapore heeft hij haar nooit leren kennen. Hier is een familiemysterie om uit te diepen.
De oorspronkelijke titel Ramen Teh slaat op de hoofdpersoon. Net zoals dit samengestelde soepgerecht is ook Masato een mix van het beste wat Japan en Singapore te bieden hebben. En dat is niet louter een blij huwelijk. Zijn pa en ma hielden heel veel van elkaar, maar aan hun verbintenis zit een schaduwkant. Niet voor niets eindigde Kazuo als alcoholist, die na elke werkdienst in een ramenrestaurant liters sake opslurpte. Het is dit conflict dat uiteindelijk voor de meeste tranen zorgt.
Iedereen is vergroeid met keukengerei. Als releases zoals Eat Drink Man Woman, Chef en het drieluik van The Trip iets duidelijk maken, is het dat films over lekker eten op een publiek kunnen rekenen. Waarschijnlijk zijn we biologisch geprogrammeerd om lekker uitziend eten ook op een esthetisch niveau hoger te waarderen. Ook in Ramen Shop komt het ene na het andere sappig uitziende gerecht voorbij, en wordt de bereiding vaak zorgvuldig in beelden gevangen en op ritmische manier aan elkaar gemonteerd. Wees dus gewaarschuwd: misschien is het handig om een slabbetje om te doen tijdens het kijken.
De Singaporese regisseur Eric Khoo kiest er gelukkig niet voor om de film daar louter op te laten leunen. Hij vertelt een klein verhaal met grote dimensies. Inderdaad speelt het zich af in twee landen waar veel zee en ander land tussen ligt, maar de filmlocaties zijn vooral lekker intiem. Khoo spreidt hierin behendig een plot uit dat vooral lekker diep in een verstoorde familierelatie lijkt te wroeten. Wanneer hier later ook grotere politieke en culturele dimensies aan blijken te hangen, is er ineens iets best immens aan de hand, weliswaar verteld vanuit een kleine microkosmos.
Ramen Shop is zeker geen wervelwind van sentimentaliteit, daar zijn de Aziaten doorgaans iets te stijf en formeel voor. Lange tijd kabbelt het wat voort en kijk je lichtgeamuseerd mee. Maar een traantje ligt op de loer. Want de kookkunst wordt gebruikt om dat uit te drukken waar woorden tekortschieten. Zeker als je persoonlijk bekend bent met moeizame familierelaties, heeft deze film een climax die onverwachts onder de huid gaat zitten. En zo niet, dan is het nog steeds een prima tussendoortje.