Met vierduizend foto's een semidocumentair verhaal vertellen over een berg, je moet het maar durven. Fiona Tan doet precies dat in Ascent, een experimentele film waarin bewegend beeld geschuwd wordt, maar toch een verhaal verteld moet worden aan de hand van louter fotografie. En het hoofdonderwerp is niet eens een mens, maar een berg. Maar dan wel één van de beroemdste en meest gefotografeerde bergtoppen op aarde, de Japanse Fuji. Aan deze piek kleeft zoveel symboliek en geschiedenis dat Tan haar tachtig minuten makkelijk gevuld krijgt. Want Fuji is onlosmakelijk verbonden met het verleden, het heden en de toekomst van Japan en haar inwoners en dus goed voor een onuitputtelijke bron van verhalen. Tan brengt er een handjevol ter herinnering in Ascent, maar het feit blijft dat de film ondanks de dappere vorm toch een verzameling fraaie plaatjes voorzien van boeiende maar statische voice-overs blijft.
Wie verwacht dat een film die slechts bestaat uit fotografisch materiaal per definitie een documentaire moet zijn, komt bedrogen uit. Tan gebruikt de verzamelde shots tegen de verwachting in ook met een narratief doeleinde. In dat verhaal wordt een Engelse vrouw geconfronteerd met de door haar overleden Japanse geliefde bijeen vergaarde foto's van de berg Fuji. Ze probeert via deze foto's hernieuwd inzicht te krijgen in de Japanse geest, die ze weliswaar van dichtbij meemaakte, maar als buitenstaander nooit volledig kon begrijpen. Fuji is essentieel in die Japanse mindset. Zelfs voor niet-Japanners roept het iconische beeld van de berg direct associaties op met de haast ongrijpbare mystiek van het land van de rijzende zon, die wonderlijke natie waar eeuwenoude traditie en ongebreidelde moderne technologie zo eenvoudig hand in hand lijken te gaan. Fotografie is echter niet de meest moderne technologie, maar door haar langere geschiedenis voor Tan wel de ideale methode om Fuji te bezien, op een manier waarvoor film, fictie of documentaire tekort zou schieten.
Fotografie is immers de kunst van het stilstaande beeld en die onwrikbaarheid is nou net wat Fuji schijnbaar typeert. Het uiterlijk van Fuji is in wezen niet veranderd, van die alleroudste foto's uit het midden van de negentiende eeuw tot op de dag van vandaag. Fuji is simpelweg een onbeweeglijke natuurkracht die voor Tan alleen via fotografie begrijpelijk gemaakt kan worden. En daarin verschilt de berg niet veel van de mensen om haar heen. Want ondanks de technologische vooruitgang verandert de Japanse geest haast niet. Zij wordt misschien getemperd door de tijden, zoals in haar turbulente oorlogsverleden, maar blijft anderszins eveneens onwrikbaar. Tan illustreert dat door het voortdurende ontzag dat de Japanners koesteren voor hun berg te tonen in de veelzijdigheid van het fotografisch materiaal. Eeuwenoude, met de hand ingekleurde studiofoto's van bont gekostumeerde geisha's met een getekende Fuji op de achtergrond gaan hand in hand met hedendaagse kiekjes van toeristen genomen vanuit stedelijke vergezichten en het weidse platteland. Het is die diversiteit die Ascent boeiend houdt.
Voor Tan en haar hoofdpersoon wordt echter de beklimming uit de titel door de (op Fuji?) gestorven Hiroshi als leidraad genomen. Dichter bij Fuji dan op haar wonderschoon besneeuwde top kan men niet komen. Die beklimming is meer een ritueel dan een toeristische uitstapje, dat door duizenden tegelijk voltrokken wordt, als een soort bedevaart. Zoals de poëtische voice-over van Hiroshi - verleden tijd voor zijn vrouw, maar zeer in leven in zijn eigen vertelling van zijn 'close encounter' met de berg - vertelt zit Fuji in het Japanse bloed. Dat onderstrepen de verhalen die beide vertellers ons meegeven. Mythologie wordt moeiteloos afgewisseld met historische anekdotes. Zelfs het optreden van Fuji in de film King Kong versus Godzilla wordt aangehaald, waarbij de berg het decor vormt voor het titanengevecht uit de titel. Gelijk ook een strijd tussen Japanse en westerse iconografie, eveneens van toepassing op Fuji's historie. Als symbool voor Japan trachtten de Amerikanen tijdens hun bezetting na de Tweede Wereldoorlog die symboliek te breken door de berg zoveel mogelijk uit film en foto's te censureren. Een zinloze taak natuurlijk, want die berg staat er immers nog steeds in al zijn onbeweeglijke glorie, zo onderstreept Tans relaas treffend.
Die immobiliteit moet echter toch relatief beschouwd worden, want Fuji is en blijft een vulkaan en vulkanen zijn wispelturige natuurkrachten. Hoewel de laatste uitbarsting alweer meer dan driehonderd jaar geleden plaatsvond - ruim voordat de fotografie ten tonele verscheen, dus van het gevaar van Fuji geen beeldmateriaal - zal de berg uiteindelijk opnieuw haar vurige woede over haar omgeving uitstorten. "Foto's zijn ijs, film is vuur", meent Tan in Ascent, maar als vulkaan is Fuji beide. De fotografische benadering is gewaagd, maar toch te beperkt om de geest van Fuji waarachtig te vangen. Hoewel Tans opzet respect oogst door ondanks de beperkingen van het door haar gebruikte medium onze aandacht vast te kunnen houden, is een berg van Fuji's kaliber een dynamischer eerbetoon waard.