Waarom Soof in 2013 flink de bioscoopkassa's deed rinkelen, is niet moeilijk te verklaren. Het personage werd bedacht door de zusjes Antoinette Beumer (regie) en Marjolein Beumer (scenario), en vormde het Nederlandse antwoord op de mateloos populaire Bridget Jones. Een huisvrouw van middelbare leeftijd, die al struikelend door het leven gaat: daar kon het (vrouwelijke) bioscooppubliek zich wel mee identificeren. De situaties binnen Soofs werk- en gezinsleven waren grappig, maar vooral ook heel herkenbaar neergezet. Voor deel twee werd het regiestokje overgedragen aan Esmé Lammers (de vrouw van Dick Maas); zij weet de plezierige toon van het origineel vast te houden, maar kiest tegelijkertijd voor een wat serieuzer uitgangspunt.
Want Soof 2 is nog geen tien minuten goed en wel aan de gang, of het hoge woord is er al uit: Kasper wil van Soof scheiden. Zelfs de ellenlange sessies met de relatietherapeut hebben niet kunnen voorkomen dat hun huwelijk op de klippen is gelopen. Het enige wat nog rest, is de vraag naar wie de therapeut de factuur moet opsturen. Zoals je mag verwachten van een romantische komedie die is geïnspireerd op de Bridget Jones-reeks, ligt de humor er telkens duimdik bovenop en zijn de grappen prima getimed. Al zijn sommige zaken wel een beetje erg cartoonesk en flauw. Bijvoorbeeld wanneer Kasper en Soof naar buiten lopen en er spontaan een regenbui losbarst en posters in beeld verschijnen, met teksten als: 'Lach en je wordt vanzelf gelukkig'.
Geheel volgens verwachting gaan Kasper en Soof allebei anders om met de scheiding. Kasper laat zijn ballen waxen, koopt een racefiets en heeft binnen een mum van tijd een veel jongere vriendin aan de haak geslagen. Soof doet het daarentegen beduidend rustiger aan en probeert het contact met haar koppige tienerdochter en tweelingzoons te hervinden. Vaak met bedroevend resultaat. Tot overmaat van ramp blijkt restaurant 'De Kooksoof' ook nog eens in financieel zwaar weer te verkeren en is Soofs passie voor het koken nagenoeg weggeëbd.
Vrouwelijke fans zullen misschien wat teleurgesteld zijn door de beperkte schermtijd van Holland's Got Talent-jurylid Dan Karaty. Hoewel hij een charmante verschijning is, voegt zijn aanwezigheid ditmaal niet zo veel toe aan het verhaal. Daar staat tegenover dat een aantal nieuwe mannelijke personages hun entree maken, onder wie de verlegen dierenarts Thomas (gespeeld door de altijd fijne Daan Schuurmans) en de perfectionistische chefkok Bauke (een kriebelige rol van Achmed Akkabi). Beide heren doen dienst als een soort sociaal klankbord voor Soof. Maar jammer genoeg leren we door deze sterke tegenstelling in karakters geen nieuwe kanten van haar kennen. En dat voelt toch een beetje aan als een gemiste kans.
Soof 2 heeft een duidelijk vertrek- en eindpunt, maar lijdt onder een middenstuk waarin alles een beetje op losse schroeven komt te staan. Veel te vaak lijken de scènes elkaar in willekeurige volgorde op te volgen. Toch weet regisseuse Esmé Lammers de herkenbare en alledaagse situaties uit Marjolein Beumers script vakkundig naar het witte doek te vertalen. Het resulteert in een romantische komedie die op verhalend niveau een beetje tekortschiet, maar op scèneniveau prima te verteren is.
Bezien als opstapje naar de Soof-televisieserie (die vanaf volgend jaar maart wordt opgenomen) is dat geen onoverkomelijk bezwaar. De cast heeft immers zichtbaar plezier in het spelen van de rollen - vooral Lies Visschedijk sprankelt in de titelrol - en dat vergoelijkt een hoop. Het aanstekelijke nummer 'Jodge Me Niet' doet daar nog eens een plezierig schepje bovenop: aan het einde van de film laten alle acteurs hun beste dansmoves zien.