Trouwen doe je als koppel samen, scheiden ook. Dat laatste blijkt in de praktijk vaak een stuk ingewikkelder, vooral wanneer een financieel meningsverschil om de hoek komt kijken. De Belgische regisseur Joachim Lafosse biedt in zijn nieuwste film een economische blik op een huwelijksbreuk, zonder het menselijke aspect uit het oog te verliezen.
Echtpaar Marie en Boris besluiten om na een vijftienjarig huwelijk uit elkaar te gaan. Op papier althans, want sinds aannemer Boris zonder werk zit, kan hij het zich niet veroorloven om een tijdelijke nieuwe woning te betrekken. Bovendien meent Boris nog recht te hebben op een forse smak geld voor de renovaties die hij aan het huis heeft aangebracht. Beiden blijken een vruchtbare voedingsbodem voor huiselijke confrontaties, evenals een nieuwe aanwas van praktische problemen: hoe zit het bijvoorbeeld met etenstijd, wanneer beide ouders thuis zijn maar slechts één volgens afspraak het recht heeft om de kinderen te zien?
De film richt zich daarmee voornamelijk op het heden en de toekomst. Waarom de relatie tussen de ouders stukliep, en wat hen überhaupt ooit in elkaar heeft aangetrokken komt nergens aan de orde, al blijft het verleden als een schaduw over de film heen hangen. Het zorgt voor een benauwde sfeer, die regisseur Lafosse aardig weet om te zetten in beeldtaal. Zo speelt vrijwel de gehele film zich af in en rondom het huis, waardoor je haast het idee zou krijgen naar een toneelstuk te kijken. Het camerawerk is beklemmend en plaatst tijdens de dialoog de twee hoofdpersonages zelden in hetzelfde shot, waarmee de afstand en ijzigheid tussen de personages voortdurend voelbaar blijft.
Met het hoge aantal confrontaties tussen de twee hoofdpersonages is L'Économie du Couple geen al te comfortabele zit, al slaagt de film er dankzij het prima spel van Béjo en Kahn toch in te blijven boeien. Lafosse' film voelt wel wat onevenwichtig aan, ondanks de intenties van de regisseur om beide kanten van het verhaal te belichten. Onbedoeld wordt het toch steeds moeilijker om sympathie voor vader Boris te blijven voelen: een trots en koppig figuur dat zijn afspraken telkens niet nakomt, terwijl moeder Marie omwille van de vrede in huis regelmatig haar frustraties in moet slikken - en ondertussen ook de rekeningen betaalt. Iets meer vergeeflijke kwaliteiten van haar ex-man waren hier wel welkom geweest.
Enige misleidingen daargelaten, is het voor de kijker echter al vrij snel duidelijk dat beide partijen nauwelijks dichter tot elkaar zullen komen. De slotscène - die aanvoelt als een opsomming van een wedstrijdresultaat - is dan ook helaas wat onbevredigend. Desalniettemin levert Lafosse een sterk geacteerd en pragmatisch drama, zonder het menselijke aspect uit het oog te verliezen. Hoewel het een compleet andere schaal betreft dan zijn paar maanden eerder verschenen film Les Chevaliers Blanc, blijken kinderen opnieuw de dupe van een strijd tussen volwassenen die voet bij stuk houden.