Wie een blik werpt op de cast van zal daar geen bekende namen aantreffen. Dat is niet verwonderlijk, want het grootste gedeelte is letterlijk van de straat geplukt. Sommigen hadden zelfs nog nooit in hun leven een camera gezien. Het zegt iets over de vastberadenheid waarmee Sander Francken, de regisseur van , aan het werk is gegaan om bij ons een radertje in het hoofd te laten draaien. biedt namelijk een wereldse kijk op geluk, kennis en het luisteren naar je eigen hart. Hoeveel we in uiterlijk ook van elkaar verschillen, de universele themas verbinden ons en maken van ons allemaal een mens.
Of om het in de woorden van Emily Brontë te vatten: Whatever our souls are made of, his and mine are the same. Niet voor niets neemt Francken dit citaat als uitgangspunt. De regisseur wil aantonen dat aan ieder willekeurig volk dezelfde wijsheid ten grondslag ligt en dat deze wijsheid meer zegt over hoe wij als mens in het leven staan dan over een bepaalde bevolkingsgroep an sich. Voor selecteerde de regisseur drie oeroude volksvertellingen uit Rajasthan, Mali en Ladakh, die hij liet bezingen, naspelen en filmen. Een drieluik, dat op de meest prachtige locaties is gefilmd.
Het eerste verhaal gaat over Sahir en zijn vader die als plasticverzamelaars dagelijks door de straten van een oude Indiase stad trekken. Sahirs vader onderscheidt zich van anderen doordat hij nooit oordeelt over de gebeurtenissen die op zijn pad komen. Door een opeenstapeling van voorvallen wordt hij daartoe wel verleid. Maar wanneer weet je of je geluk hebt of pech? Een dramatische gebeurtenis laat na een tijdje zijn ware gezicht zien waaruit duidelijk wordt dat de plasticverzamelaar meer wijsheid in pacht heeft dan de mensen die hem eerder veroordeelden. Uit is dit segment zonder twijfel het sterkst. Wellicht dat de kijker bij sommige wendingen een wenkbrauw optrekt, maar het is vooral de boodschap die op doeltreffende wijze wordt verbeeld.
Bouba staat voor een hele andere kwestie. Als leerling van een Koranschool in de Malinese stad Djenné, moet hij het antwoord vinden op de volgende vraag: wat is het grootste deel van alle kennis? Bouba krijgt van zijn leraar een paar dagen de tijd om het antwoord te vinden, maar dit blijkt makkelijker gezegd dan gedaan. De uitkomst is daarom misschien wel des te simpeler. De gemiddelde kijker zal het in ieder geval sneller door hebben dan de kleine Bouba. De ongeduldige kijker zal zich echter prima te goed kunnen doen aan de schitterende fotografie, bijvoorbeeld van de in de zon badende lemen stad.
Het laatste segment verhaalt over Sonam en zijn dochter die samen door de Himalaya trekken om hun dzo (Tibetaanse runderen) te verkopen. Onderweg krijgen de twee allerhande adviezen over hoe ze moeten reizen, hoe ze met elkaar moeten omgaan en hoe ze de dzo moeten behandelen. Sonam geeft gehoor aan al die adviezen, tot grote ergernis van zijn dochter. Wanneer zij boos wegloopt, dringt bij Sonam het besef door dat je niet moet vergeten om ook naar je eigen hart te luisteren. Een echte volkswijsheid, maar wel één die net wat te langdradig wordt voorgelegd. Halverwege is al duidelijk dat Sonam zich minder moet aantrekken van de buitenstaanders en hun adviezen.
is een film waarbij de onderlinge segmenten niet naadloos op elkaar aansluiten, maar waarbij wel duidelijk een gemeenschappelijke stijl aanwezig is. Het zijn stuk voor stuk volksverhalen die authentiek aanvoelen en een levensbeschouwelijk karakter delen. Toch zal het geheel niet iedereen even goed smaken, omdat sommige stukken belerend over kunnen komen. Geduld is een schone zaak bij deze film, want als geheel kabbelt tamelijk traag voort. Het filosofische karakter wordt daardoor echter wel goed in stand gehouden en zet zelfs aan tot nadenken over cultuurverschillen. Zoveel verschillen we uiteindelijk niet van elkaar.