De beroemdste bewoner van de Parijse begraafplaats Père-Lachaise heeft filmmaakster Heddy Honigmann maar overgeslagen. Alhoewel, als grapje laat ze de documentaire beginnen met een vrouw die haar de weg vraagt naar het graf van Jim Morrison. In Forever vertellen verschillende bezoekers welke betekenis de overledenen geven aan hun leven. Naast enkele onbekende doden komen onder andere Frédéric Chopin, Maria Callas, Marcel Proust en schilder Modigliani aan bod.
Als een van de gefilmde bezoekers aan film- en documentairemaakster Heddy Honigmann, geboren in Peru en sinds 1978 wonend en werkend in Nederland, vraagt waarom ze filmt op Père-Lachaise, antwoordt Honigmann dat ze een film maakt over het belang van kunst in het leven. Het merendeel van de portretten gaat daar inderdaad over. Want als mensen van heinde en verre komen om hun geliefde dichter, schilder of zanger te eren met een bezoek en een bloem, dan zegt dat veel over de manier waarop ze de kunst beleven die hun dode ooit achterliet voor de eeuwigheid.
Een jonge pianiste vertelt bijvoorbeeld hoe de muziek van Chopin haar steeds opnieuw weer even in contact brengt met haar overleden vader. Haar intense ervaring van de composities van Chopin wordt daarmee veel meer dan alleen een ode aan haar vader of aan de genialiteit van de componist. Het is meer dan rouwen en eren samen, zo laat Honigmann zien. Uit de diep gevoelde beleving van de pianiste straalt een passie voor het leven; juist omdat ze stilstaat bij wat voorbij is. Omdat een dierbare er was, is hij er voor altijd: forever[/i].
Honigmann filmt de meeste bezoekers terwijl ze het graf schoonmaken, een bloemetje neerleggen of gewoon wat zitten te staren. De documentaire belicht de liefdevolle manier waarop de overledenen een plaats hebben gekregen in andermans leven. Een Spaanse vrouw vindt al vijftien jaar lang troost bij het graf van haar overleden man. Een triestige Iranese taxichauffeur vertelt aan het graf van zijn favoriete dichter hoe hij als vluchteling in Parijs financieel zijn hoofd boven water probeert te houden en troost vindt in de dichtbundel die permanent in de auto naast hem ligt. Het zijn verhalen over wat was en wat is.
Voyeuristisch is Forever slechts één keer: in een van de mooiste scènes plaatst een vrouw een klapstoeltje voor een van de graven. Alvorens ze gaat zitten, veegt ze nog even snel de grafzerk schoon, waarna ze een boek openslaat en begint voor te lezen aan de overledene. Het is een intens beeld van de actieve, levende plaats die een overledene nog in kan nemen en waar verder geen uitleg bij nodig is. De vaak erg algemene bewoordingen waarmee de geïnterviewde bezoekers hun passie met ons delen, steekt dan wat schraal af tegen dat ene shot van de vrouw op het klapstoeltje, waarin de essentie van Forever zit verborgen.