Regisseur John Shank werd in 1977 geboren in het Amerikaanse middenwesten en verhuisde op zijn negentiende naar België om naar de filmschool te gaan. Na drie korte films is LHiver Dernier (Laatste Winter) zijn speelfilmdebuut dat draait om het gevoel van ontworteling, dat hij zelf ook ervoer toen hij naar België vertrok. Met de film vertelt Shank, zelf afkomstig uit een plattelandomgeving, het verhaal van de jonge boer Johann die, als hij de boerderij van zijn familie erft, koppig zijn best doet om het boerenbedrijf draaiende houden. Maar door de veranderende tijden en het toeslaande noodlot dreigt hij alles kwijt te raken.
LHiver Dernier speelt zich af op het Franse platteland en die locatie is meteen één van de sterkste punten van de film. Het landschap is prachtig gefilmd, in al zijn ruwe schoonheid, en zonder opsmuk. In tegenstelling tot de titel begint de film in de zomer, waar te zien is hoe Johann één is met zijn land. Hij leeft praktisch tussen zijn koeien, en met mooie beelden van een frisse duik in een plas en slapen bij een kampvuur in de open lucht schetst de film een bijna romantisch beeld van het boerenleven. Als de winter uit de titel nadert barst het natuurgeweld echt los. Gierende wind, stortende regenbuien en dik ondergesneeuwde landschappen doen ondanks hun intensiteit niets af aan die schoonheid. Ze komen realistisch over en voelen vaak aan alsof je er middenin staat.
De film maakt dan ook meer gebruik van beelden en sfeer om zijn verhaal te vertellen. Het tempo ligt laag, verhaallijnen lijken incidenteel en de dialoog is minimaal. Johann is niet echt het type prater, en wat we over hem te weten komen wordt voornamelijk geïmpliceerd. Ook al is Johann niet alleen, eenzaam is hij wel. In het eerste shot waarin we hem zien zit hij alleen aan zijn keukentafel. Behalve wat er door zijn kleine lamp verlicht wordt, lijkt er niets te bestaan. Volgens Johann is de boerderij alles wat hij heeft, en het verklaart zijn hang naar een simpelere tijd. Vooral als blijkt dat de overige boeren uit de regio de coöperatie die zijn vader is gestart willen verkopen aan een groot bedrijf, voelt hij zich nog meer op zichzelf aangewezen.
Rottiers is erg goed in de hoofdrol. Johann zegt niet veel, maar alle emoties die hij niet onder woorden kan brengen, zijn duidelijk op zijn gezicht te lezen. Toch komt Johann een beetje over als een boerenkinkel. Hij leeft in een constante staat van ontkenning: hij negeert advies, verbrandt rekeningen en dagvaardingen, en kan niet eens de moeite of interesse opbrengen voor klein onderhoud aan het brandalarm in zijn hooiberg, terwijl dat toch niet onbelangrijk is voor een boer. Hij komt daardoor niet zozeer over als iemand die vecht tegen het systeem, maar meer als een domme boer die niet vooruit kan of wil kijken, en dat doet afbreuk aan het onderwerp en de indruk die de film achterlaat.
Het centrale thema, het gevoel van verlies van afkomst en identiteit, is juist vandaag de dag relevant. Zoals velen constant hun identiteit bevestigen op sociale netwerken, zo probeert Johann zich vast te houden aan zijn identiteit als boer, ook al keurt zijn omgeving zijn methodes af. Johann heeft zoveel passie voor zijn werk, vee en omgeving, dat een kantoorbaan nemen, zoals een vriend die geen heil meer zag in het boerenleven deed, uitgesloten is. Dit gegeven is tijdloos, en zo ziet de film er ook uit; hij zou zich net zo goed dertig jaar geleden afgespeeld kunnen hebben. Niet iedereen zal zich kunnen vinden in de trage en minimalistische stijl van de film of in Johann zelf, maar LHiver Dernier is door zijn themas en beelden ontegenzeggelijk mooi.