Onder de titel World of Work maakte de Oostenrijkse filmmaker Michael Glawogger een documentairedrieluik over de invloed van mondialisering op de werkgelegenheid. Het eerste deel uit de reeks, Megacities, verscheen veertien jaar geleden en handelde over werken en leven in vier grote metropolen. Het middenstuk getiteld Workingmans Death uit 2005 verbeeldde de extremen die werknemers opzoeken om aan hun dagelijks brood te komen. Het slotstuk van de trilogie gaat over het oudste beroep van de wereld. Glawogger neemt hierin de wereldwijde prostitutie onder de loep en doet dit in drie compleet uiteenlopende sequenties. Hiermee biedt hij de kijker een palet aan emoties aan.
Whores Glory opent in Bangkok. We maken kennis met de werknemers en de klanten van een groot bordeel dat bekend staat als The Fishtank. Voorzien van een nummer nemen de prostituees plaats in een groot aquarium, waar ze door hun klanten als kreeften in een chique restaurant uitgekozen worden. Glawogger ondervraagt hierbij niet alleen de dames, maar ook hun klanten. Glawogger weet al vlot tot de keerzijde van het leven van de dames door te dringen. Op het oog lijken ze een goed leven te hebben, maar ze hebben ook te maken met een moordende concurrentie en aanvoer van nieuwe collegas, waardoor ze minder werk dreigen te krijgen. Toch levert het ook luchtige situaties op, bijvoorbeeld als de prostituees zich verdiepen in massagecursussen en andere manieren om klanten tevreden te houden. De bazin zorgt hierbij naar eigen zeggen voor warmte en intimiteit.
Een stuk minder rooskleurig is het stuk dat zich in The City of Joy in Bangladesh afspeelt. Hier is de situatie schrijnend en aangrijpend. Veel te jonge meisjes worden tussen hoerenmadammes verhandeld. Ze mogen vooral niet te kritisch zijn op de klanten die ze hun kamertje binnenlokken. Dit is het onderdeel van Whores Glory waarin Glawogger de meisjes zelf het meest aan het woord laat. Er heerst net als in Bangkok veel competitie, maar hier gaat het er een stuk gemener aan toe. De hoerenmadam vertelt het nieuwe meisje Ruma dat ze haar lichaam verkoopt en niet haar ziel. De klanten moeten geen grenzen overschrijden en de meisjes zijn geen slavinnen. Toch krijg je een heel andere indruk als er conflicten ontstaan en wanneer een afgewezen prostituee haar trieste levensverhaal doet. Bovendien speelt in Bangladesh de ouderdom een fatale rol in de beroepsuitoefening.
Glawogger sluit na deze ellende wellicht wat ongepast af in Mexico, waar we met de documentairemaker The Zone induiken. De klanten rijden hier rond in hun grote autos en kiezen een dame uit. Een rijpere, inmiddels in ruste verkerende dame weidt op humoristische wijze uit over de kneepjes van het vak. Ze geeft de trucjes prijs die ze had om haar klanten op de tuin te leiden. Haar collega vertelt dat ze ervan geniet om betaald te worden voor iets wat ze met veel plezier doet. In Mexico, zo laat Glawogger ons zien, bepalen de dames zelf wat ze wel of niet doen. De klanten die Glawogger ondervraagt, vertellen openlijk over hun voorkeuren en ervaringen. Dit laatste deel brengt de nodige nuance aan en hiermee wordt het vooroordeel dat vrijwel alle prostituees tegen hun zin hun vak uitoefenen onderuitgehaald. Toch vormt het een wrang contrast met de hartverscheurende taferelen in Azië die we zojuist nog gezien hebben.
In dit intrigerende en raak getroffen drieluik worden vele aspecten van het oudste beroep ter wereld belicht. Veel blijkt af te hangen van sociale en culturele factoren en in welke mate van vrijheid prostituees hun werk kunnen uitoefenen. Glawogger, die maar liefst vier jaar aan dit project werkte en lof oogstte bij het filmfestival van Venetië, omlijst zijn portretten met dromerige muziek van onder andere CocoRosie, Anthony & the Johnsons en PJ Harvey. Het leidt tot valse romantiek, dat vooral voor de kijker het leed wat verzacht, maar de tragiek van de meiden bagatelliseert. Vooral de één-op-ééngesprekken doen wat betreft intonatie soms wat gescript aan, al valt manipulatie van de filmmaker onmogelijk te bewijzen. In zijn missie om een objectief beeld te schetsen van de wereldwijde prostitutie faalt Glawogger hopeloos, want hij neemt het in zijn rake, intieme portretten te sterk op voor de meisjes. Het valt de filmmaker echter alleen maar te prijzen dat hij zo dicht bij zijn gevoel is gebleven en de prostituees een hart onder riem heeft willen steken zoals ook uit de titel wel blijkt.