Het afgezaagde credo dat de jeugd de toekomst heeft gaat allang niet meer op. Er kan in een jong leven een boel misgaan, waardoor de toekomst grauw, donker en uitzichtloos lijkt. Een groep Noorse twintigers lijkt de boot te hebben gemist. Ze zijn jong moeder geworden, hebben een slechte relatie met hun ouders of zijn in de criminaliteit beland. Hoe krijg je dan je leven nog op de rit? De schoolverlaters krijgen een cursus om ze weer aantrekkelijk te maken voor de arbeidsmarkt. Het Rebels-project moet ervoor zorgen dat ze zich tegenover toekomstige werkgevers weten te verkopen. De club wordt geleid door een groep enthousiaste begeleiders die gelooft in de potentie van de jongeren. Ze moeten zich alleen wel door de opstandigheid, laksheid en de onverschillige houding van de twintigers zien te worstelen. Waar een ander de hoop al snel had opgegeven, gaan de cursusleiders vol frisse moed en geloof met de kansloze schoolverlaters aan de slag.
Hoofdpersoon (waarschijnlijk omdat zijn gedrag het meest turbulent is) is de vijfentwintigjarige Jan Olav. Hij komt vers uit de bak, waar hij een tijd op water en brood heeft geleefd vanwege drugshandel en mishandeling. Het liefst zou Jan Olav rapper worden, maar hij moet ook realistisch zijn: de kans dat hij het in de muziek zal maken is klein. Daar komt bij dat de jongeman slecht leest. De brieven die hij van Justitie krijgt scant hij snel op inhoud. Hieruit maakt hij op of hij in de problemen zit. Hij zit in hetzelfde schuitje als een alcoholist en een jonge moeder. Het is weinig hoopgevend hoe de jongvolwassenen erbij zitten. De verveling valt van hun gezicht af te lezen, maar zelf ontkennen ze hun gebrek aan belangstelling in alle toonaarden. Een deel van de cursisten wil daadwerkelijk wat van hun leven maken. Ze zijn blij met een simpel baantje in een fabriek of magazijn. De rest voldoet aan hun aanwezigheidsplicht, maar eigenlijk valt er geen land mee te bezeilen.
Hierachter ligt dikwijls een gebrek aan eigenwaarde. Als je je hele leven te horen hebt gekregen dat je niets waard bent, dan ga je er zelf in geloven. Tegelijkertijd heeft een deel van de kansloze schoolverlaters zichzelf een excuus aangepraat. Het ligt niet aan henzelf, maar aan de omstandigheden. De documentaire Rebels geeft een hak-op-de-takbeeld van de weg die de werkzoekenden te gaan hebben. De nadruk ligt sterk op Jan Olav, terwijl je vooral bij hem moet concluderen dat hij er echt met de pet naar gooit. De maakster van dit Noorse portret, Kari Anne Moe, meet zichzelf weinig interpretatievrijheid aan. Ze laat zien zoals het is, maar maakt hierbij ongelukkige keuzes. Moe weet moeilijk door te dringen tot de jonge mensen. De regisseur heeft hun verhaal willen vertellen met een hoog entertainmentgehalte en een sterke boodschap. Als een vlieg op de muur. In deze opzet slaagt ze slechts deels. Door sommige werkzoekenden een duidelijke rol te geven en anderen weg te laten vallen in de groep, komt zowel hun saamhorigheidsgevoel als de individuele zoektocht naar zichzelf niet lekker uit de verf.
Rebels doet de naam dan ook niet eer aan. Sterker nog: het is een misplaatste titel. Er gaat iets vrijgevochtens en misschien zelfs heroïsch achter schuil. Daarmee lijkt Moe te impliceren dat ze schoolverlaters graag een geuzennaam of de rol van underdog mee wil geven. Zo zit de werkelijkheid echter niet in elkaar. Deze is hard, meedogenloos en genuanceerder dan Moe wil doen geloven. Deze schematisch uitgewerkte documentaire voegt weinig toe aan het gemiddelde jongerenportret zoals bij ons bij de publieke omroep te zien is. Hoop op een betere toekomst, waarbij je zelf de regie over je leven kan nemen, vergt een confrontatie met jezelf, zelfreflectie en doorzettingsvermogen. Een cursusje verandert hier niet veel aan; een documentaire als Rebels al evenmin.