National Gallery
Recensie

National Gallery (2014)

Deze drie uur durende rondleiding door de imposante schilderijencollectie van The National Gallery in Londen ontbeert een duidelijke richting of verhaal.

in Recensies
Leestijd: 2 min 46 sec
Regie: Frederick Wiseman | Speelduur: 180 minuten | Jaar: 2014

Eén van de vele hoogstaande documentaires die het afgelopen jaar onze bioscopen bestormde was Het Nieuwe Rijksmuseum - De Film. De twee uur durende documentaire van Oeke Hoogendijk was de perfecte aanvulling op de met een Nipkow-schijf bekroonde gelijknamige televisiereeks. Er viel dan ook een boel te vertellen over het nieuwe Rijks dat een decennium voor het grote publiek gesloten was. Voor Hoogendijk vormde de recente en lang vervlogen geschiedenis van het Amsterdamse museum het ideale bronmateriaal voor een portret vol humor, politiek, intriges en vooral veel mooie kunst. Alles wat Het Nieuwe Rijksmuseum zo krachtig maakte ontbreekt in de Britse evenknie National Gallery. Behalve de kunst dan, want die komt ruimschoots aan bod in dit drie uur klokkende museumbezoek.

The National Gallery, direct gelegen aan het Londense Trafalgar Square, is naast het verderop gelegen British Museum wellicht het belangrijkste museum van Groot-Brittannië. Het immense instituut dat zich enkel op schilderijen richt, hangt tjokvol met opzienbarende werken van alle grote, hoofdzakelijk Europese meesters. Een bezoek aan het bijna twee eeuwen oude National Gallery is bepaald geen straf, maar waarom voelt de documentaire van Frederick Wiseman nou toch als een verplicht schoolreisje waar de rebellerende tiener totaal geen zin in heeft? Het antwoord komt al na amper een uurtje bovendrijven. National Gallery is al net zo fantasieloos als de titel. Het laat enkel zien wat er zoal aan de muren hangt met zo af en toe een leuk inkijkje in het werk van conservatoren en rondleidingen. Maar dan heb je het ook wel zo’n beetje gehad.

Nu zijn we met de moderne documentaires ook wel behoorlijk verwend. Een verhaal zoals dat van het nieuwe Rijksmuseum kom je niet zo één twee drie tegen. Over The National Gallery valt een heleboel te vertellen, maar opzienbarend is het niet. In de documentaire valt geen duidelijke rode draad te ontwaren en er is ook geen sprake van een duidelijke narratief. Wiseman moet het hebben van de incidentele krenten in de pap. Het vakwerk van restaurateurs en lijstvergulders. Een bevlogen discussie over hoe het publiek meer te betrekken bij de museumbeleving. Een wat saaie vergadering over de financiële situatie van het museumbedrijf, nauwelijks een krent te noemen maar Wiseman beschouwt het hoogstwaarschijnlijk wel als zodanig. Of het hoogtepunt: een uitleg over een schilderij van ‘onze’ Rembrandt die over zijn eigen schilderijen heen schilderde, hetgeen met moderne technieken aan het licht kwam.

Er valt nauwelijks een rechtvaardiging te vinden om bezoekers naar de arthousezalen te lokken voor een rondgang van drie uur door de zalen van The National Gallery. Deze documentaire was dan ook beter tot zijn recht gekomen als vierdelige televisieserie. De lengte ervan hoeft niet af te schrikken, maar het gevoel bekruipt je al snel dat er niet veel verrassingen om de hoek lonken en al helemaal niet dat deze zullen leiden tot nieuwe inzichten of een hernieuwde museumbeleving. Eeuwig zonde, want een bezoek aan het gerenommeerde museuminstituut is meer dan de moeite waard. Boek dus maar een vlucht of treinritje naar de Britse hoofdstad en binnen respectievelijk twee of vijf uur kun je al dit moois met eigen ogen aanschouwen. Zo is kunst namelijk bedoeld. Op film heeft een dagje uit het leven van dit museum wel wat cachet, maar uit meer dan een incidentele sprankeling bestaat het niet.