Wat voor sommigen een droom is, is voor anderen een complete nachtmerrie. Dit geldt in grote mate voor de 'American Dream', die in de Verenigde Staten nog steeds gepropageerd wordt als belangrijk haalbaar doel. Hillbilly Elegy lijkt een genuanceerd beeld van deze droom te willen schetsen, maar presenteert hetzelfde 'van arm naar rijk'-verhaal zoals al vele malen eerder is verteld. Hillbilly Elegy poogt sociale problematiek aan te kaarten zonder naar de oorzaken van deze problemen te zoeken. Het resultaat is een melodramatisch product dat nergens een vuist durft te maken en uiteindelijk niets te melden heeft.
De film is gebaseerd op de gelijknamige memoires van J.D. Vance. Het boek gaat over de familie van Vance en de 'Hillbilly'-cultuur waarin hij is opgegroeid. In de verfilming gaat het vooral om de manier waarop J.D. Vance zijn roots probeert te behouden in de voor hem nieuwe en vreemde wereld van Yale University. De film kiest voor flashbacks, waarbij de voice-over het nodige vertelt over zijn familie. Zijn familie komt oorspronkelijk uit Kentucky, maar is uiteindelijk neergestreken in Middletown, Ohio. De meeste flashbacks worden getriggerd door het feit dat J.D. Vance' moeder opgenomen is in het ziekenhuis vanwege een overdosis heroïne. Vance moet vervolgens Yale, en een belangrijke afspraak met een advocatenkantoor, verlaten om zijn moeder op te zoeken en zijn familie te helpen.
De belangrijkste rollen in de gecompliceerde familiegeschiedenis van Vance zijn weggelegd voor zijn moeder Bev en zijn oma Mamaw. Er is niks mis met de manier waarop Amy Adams en Glenn Close deze rollen vervullen. De twee topactrices redden het grootste gedeelte van de film met wat ze met hun spel creëren. Close scheldt er op los, wordt agressief als het moet, maar kan ook ongelofelijk teder en liefkozend uit de hoek komen. Adams speelt de moeder van Vance, die elk moment onvoorspelbaar uit de hoek kan komen en niet bang is om vrij heftig geweld te gebruiken tegen haar zoon. Onder dit alles zit echter een fragiele en gepijnigde ziel die Adams op de juiste momenten weet op te roepen.
Het acteerwerk daargelaten omvat Hillbilly Elegy eigenlijk niks bijzonders. Vanaf het begin is duidelijk dat het J.D. gelukt is om in Yale te komen, dus dat is geen spannende overkoepelende verhaallijn meer. De overgebleven spanning draait om het wel of niet op tijd komen van J.D. bij het advocatenkantoor waar hij stage wil lopen, maar is dit genoeg om een hele film omheen te bouwen? Door het povere script worden alle heftige herinneringen uit de jeugd van Vance losse fragmenten vol ellende die nergens heen lijken te leiden. Regisseur Ron Howard lijkt zelf ook niet helemaal te weten welk verhaal hij nou precies uit wil lichten. De flashbacks bevatten sterke scènes, maar een groot deel is weinig meer dan soapachtig drama. Het resultaat is een vreemde mengelmoes aan tijdslijnen en verhalen die alleen maar ellende laten zien in het belang van ellende, zonder ook maar een moment diepere lagen aan te boren.
De moraal van Hillbilly Elegy lijkt er uiteindelijk op neer te komen dat als je maar hard genoeg werkt je Middletown kan ontsnappen om naar Yale te gaan. Ook wordt er sterk gehamerd op het belang van familie. Deze twee Amerikaanse fantasieën zijn extreem platgetreden paden, waarmee wel erg makkelijk sympathiepuntjes gescoord kunnen worden zonder echt iets te vertellen. De film bevestigt alle hillbilly-stereotyperingen die we kennen, zonder ook maar een moment te vragen waarom deze mensen in zo'n benarde sociaaleconomische positie terecht zijn gekomen met drugsmisbruik en huiselijk geweld. Dan kunnen Close en Adams nog zo goed spelen, hun personages zijn wandelende karikaturen. Het sentiment van de film reikt niet veel verder dan de woorden van Mamaw: "Family is the only thing that means a goddamn thing." Een simpele boodschap van een film die zoveel meer probeert te vertellen, maar daarin hopeloos faalt.