Filmmaker Guido Hendrikx is een ontzettende mafkees. Want wie gaat er nou willekeurige mensen filmen, zonder een woord tegen ze te zeggen? Eraan beginnen is nog tot daaraan toe, maar Hendrikx deed dit twee jaar lang. Een camera oppakken, bij zomaar iemand aanbellen, en dan maar kijken wat er gebeurt als je diegene ermee confronteert dat hij gefilmd wordt. Als het resultaat daarvan - de experimentele documentaire A Man and a Camera - ons iets laat zien, is het dat we onze mafkezen moeten koesteren.
En gelukkig wordt hij dat ook. In 2016 won hij nog de speciale juryprijs op documentairefestival IDFA voor zijn vorige film Stranger in Paradise. Ook toen plaatste hij echte mensen, vluchtelingen, in een bizarre situatie. En bovenal een ongemakkelijke. In een klaslokaal op een eiland in de Middellandse Zee werden ze blootgesteld aan denkbeelden over hen in Europa, steeds op gechargeerde wijze verwoord door de Vlaamse acteur Valentijn Dhaenens. We zagen hun eerste reactie op hoe we hier zoal over ze praten. Nu brengt Hendrikx zijn fratsen dus terug naar huis.
De maatschappelijke impact van A Man and a Camera is misschien iets minder direct evident. Maar heel lang hoef je er nu ook weer niet naar te zoeken; dit is een tijd waarin we onszelf omringen met camera's. Bijna iedereen heeft er wel een in zijn broekzak, straten hangen er mee vol voor onze veiligheid en ook het idee van de film- of televisiecamera heeft weinig mystiek meer. Dit is ook een tijd waarin de NOS zijn logo van busjes moet halen om op sommige plekken te kunnen filmen. Dus wat doet het met iemand als je ongevraagd aan die persoon duidelijk maakt: 'Ik film jou'?
Reacties hierop vormen het grootste deel van de film. Op een plotselinge verschijning, die aan het filmen is en verder nergens een kik op geeft. Het gaat van negatieve reacties van mensen die willen weten wat hier nou de bedoeling van is, zelfs tot een handgemeen aan toe, tot mensen die geamuseerd zijn door de plotselinge interesse. We zien verwarring, onbegrip, woede, angst, verwondering, verlegenheid, trots, blijdschap en ontroerende liefheid. Er zijn mensen die zelf een verhaal bedenken waarom ze gefilmd worden. Soms is het makkelijker om je te verplaatsen in degene die gefilmd wordt, maar er zijn ook zeker momenten dat je meevoelt met de man die filmt.
Dit doen, en vooral zo langdurig, is complete waanzin. Maar zeker niet ondoordacht. Hendrikx gaf zichzelf allerlei regels om dit zo goed mogelijk gedaan te krijgen. Hij filmt alleen de ander, hij reageert op geen enkele vraag, zelfs niet met een microgebaar, en hij komt alleen in actie op aangeven van de gefilmde als iemand hem uitnodigt om verder te komen. Mensen die zichzelf filmen voor internet of wat dan ook geven vaak een performance, en dat wilde Hendrikx juist doorbreken. Hij dwingt af dat mensen zichzelf blootgeven.
A Man and a Camera is een boeiend sociaal experiment, maar tegelijkertijd geenszins een makkelijke zit. De film begint met de camera die is aangezet en zoekt naar iets om te filmen. Of, zo lijkt het, om contact mee te leggen. En dit is zeker een moeizaam begin. Maar misschien is het nodig, want je gaat wel in je hoofd op zoek naar een verhaal. En dat maakt dat je in elk geval een keer in het perspectief van de camera(man) bent geplaatst, voordat je een barrage aan negatieve reacties krijgt op gefilmd worden. Dat is vooral heel ongemakkelijk en een taaie zit. Maar het was misschien onmogelijk vol te houden zonder dat begin. En als je het geduld hebt, zie je uiteindelijk magische dingen gebeuren.
Deze documentaire moet je vooral bekijken als je snakt naar iets wat je een gevoel geeft, positief of negatief. En het liefst misschien wel verschillende mengvormen tussen beide uitersten. Want Guido Hendrikx haalt hiermee opnieuw een enorme stunt uit, en dat volledig in de positieve zin van het woord. Hij laat zich hier zien als een van de creatiefste Nederlanders die werkt in deze vorm. De vraag is vervolgens: waar gaat deze mafkees hierna weer mee komen?