Na in 2006 met Zwartboek een succesvolle comeback te hebben gemaakt in Nederland (resulterend in drie Gouden Kalveren en meer dan een miljoen bezoekers) zou je verwachten dat Paul Verhoevens volgende film niet lang op zich zou laten wachten. Dat blijkt toch tegen te vallen, want in de zes verstreken jaren is Verhoevens naam aan diverse projecten gekoppeld, maar van een nieuwe film lijkt voorlopig nog geen sprake te zijn. Dat zijn naam nu prominent op de poster van Steekspel staat, lijkt voor de producenten een methode te zijn om media-aandacht te krijgen en voor de regisseur in kwestie simpelweg een uitdaginkje tussendoor om maar iets om handen te hebben. De vraag dringt zich echter op of dit project wel zo gebaat is bij de betrokkenheid van een grote naam als Verhoeven.
Steekspel is namelijk tot stand gekomen door middel van crowdsourcing. Dat wil zeggen: de eerste vier minuten van het plot werden geschreven door Kim van Kooten (naast actrice regelmatig actief als scenarioschrijfster), waarna iedereen die zich daartoe geroepen voelde de rest van het verhaal mocht afmaken. Dat resulteerde in honderden inzendingen van mogelijke scenarios, waaruit de makers vervolgens een goedlopend narratief probeerden te construeren; een script dat alle andere overbodig maakte, zat er namelijk niet tussen. Het eindresultaat zou oorspronkelijk online worden geplaatst, werd vervolgens bewerkt om op televisie te worden uitgezonden en blijkt nu toch in de bioscoop te zijn beland. Althans, als er voldoende kaarten voor worden verkocht. De opzet is namelijk dat geïnteresseerden online hun ticket kopen en als er voldoende animo blijkt te zijn, wordt de film vertoond in het filmtheater dat daarvoor de mogelijkheid biedt.
Het productieproces van Steekspel is simpelweg interessanter dan film zelf. Dat wil niet zeggen dat deze slecht is, maar heel veel meer dan een degelijk uitgevoerd soapverhaaltje is het niet. De film duurt nog geen uur, maar doordat deze voorafgegaan wordt door de making-ofdocumentaire Pauls Experience, heeft het totaalpakketje een bioscoopwaardige speelduur. In deze documentaire staat echter niet het crowdsourcing-aspect centraal, maar de filmmaker die het hele gebeuren in goede banen moet leiden. Best interessant maar de inbreng van het publiek die juist zo onderscheidend zou moeten zijn, wordt maar zijdelings aangehaald. Daarbij is een halfuur natuurlijk veel te kort om echt diep op de materie in te gaan. Eenieder die wel eens het bonusmateriaal van een dvd bekijkt, heeft waarschijnlijk vele malen boeiendere en inzichtelijkere documentaires gezien van films waarvan de productie juist veel conventioneler verliep.
De documentaire geeft wel een hint waar het met dit project is misgegaan. Zo zegt Verhoeven te zijn aangesteld als bewaker van stijl en structuur en laat hij na zijn initiële enthousiasme steeds meer frustratie doorschemeren om het feit dat het de ingezonden scripts daar vooral aan ontbreekt. Paul Verhoeven is echter, zonder afbreuk te doen aan zijn buiten kijf staande kwaliteiten, een filmmaker van de oude stempel en daarmee waarschijnlijk ongeschikt voor een modern project als dit. Uit de duizenden ingezonden scriptpaginas construeert hij uiteindelijk een plot naar zijn eigen opvattingen van stijl en structuur zoals hij ze al meer dan veertig jaar hanteert. Dat is niet erg, maar het biedt geen vernieuwing en daarmee lijken al die inzendingen vooral een verspilling van tijd te zijn geweest. Had het project nou maar gewoon toevertrouwd aan veelbelovende twintiger vers van de filmacademie. Dan maar een keer wat minder media-aandacht.