Tyler Perry is onmogelijk te betichten van luiheid. De Amerikaanse alleskunner heeft een imposante hoeveelheid titels op zijn naam staan en stort zich naast regie- en productiewerk ook op acteerklussen en het schrijven van scenario's. De vijftiger heeft een onmiskenbare invloed op de verbeelding van de levens van zwarte Amerikanen, maar er valt nogal wat op aan te merken.
Perry zou een pleitbezorger moeten zijn van de positie van de zwarte Amerikaan en zou essentiële thema's als (institutioneel) racisme en (kansen)gelijkheid moeten aankaarten. Maar hem wordt juist vaak stereotypering verweten. Vakbroeders als Spike Lee kijken neer op Perry's inspanningen, maar kunnen toch ook moeilijk de ongekende populariteit van zijn werk ontkennen. De overdaad aan films en televisieproducties blijkt echter geen garantie voor kwaliteit.
Met de eenzijdige typeringen valt het in Tyler Perry's Duplicity nog wel mee. Al blijkt dat ook meteen het minste probleem van deze zwalkende en slepende thriller. Perry gebruikt de maatschappelijke verontwaardiging over schietpartijen door de Amerikaanse politie, waarbij onschuldige zwarte zielen het leven laten, en hangt daar een warrig plot over overspel, machtsmisbruik en wantrouwen aan op.
Het begint al met de vraag wie nou eigenlijk de hoofdpersoon is. Aanvankelijk draait het vooral om nieuwslezeres Fela, die behoorlijk in de huwelijkssores is beland. Want de relatie met haar Rodney verloopt allesbehalve rooskleurig. Wat er speelt vindt Perry niet echt nodig om uit te diepen. Haar beste vriendin, advocaat Marley, probeert samen met haar eigen kerel Tony de twee nader tot elkaar te laten komen. Daar blijkt echter weinig tijd voor te zijn.
Want live in de uitzending moet Fela het nieuws brengen, dat haar man is neergeschoten door een witte agent. Opgejut door zijn collega Kevin moest dit groentje op een melding van een insluiper af. Het blijkt Rodney te zijn, die om onbekende redenen rond het huis van een oudere witte vrouw hing. Het hele voorval zit Marley niet lekker en dat is het moment waarop haar personage op de voorgrond treedt. De advocate is een pitbull die zich vastbijt in de zaak en zo een boel rottigheid naar bovenhaalt.
Perry schiet zichzelf voortdurend in de voet, omdat hij er haast bang voor lijkt te zijn om de ware thematiek aan te pakken. Het gegeven dat een ogenschijnlijk onschuldige zwarte man wordt gedood door een witte agent wordt al vrij vlot onderuitgehaald. Er blijkt een heleboel meer te spelen en Perry verdoezelt het voorval met een stortvloed aan plottwists en bijfiguren. Het overzicht gaat snel verloren, met als dieptepunt een gesprek op een ranzige motelkamer met personages die alleen voor die scéne bestaan.
Het helpt niet Perry de kijker voor gek verslijt. Zijn scenariotechnieken om informatie over te brengen zijn ronduit ridicuul. Als we te weten moeten komen hoe bijvoorbeeld Tony zijn baan als politieagent is verloren en nu voor zichzelf als privédetective is begonnen, verzucht zijn vriendin Marley hoe oneerlijk het toch allemaal verlopen is. Ze rakelt het verleden tot in detail op. Ook de wetenschap hoe de twee elkaar hebben ontmoet wordt gedeeld alsof Tony aan geheugenverlies lijdt.
Duplicity gaat gebukt onder een lage productiewaarde. De locaties en decors zouden niet onderdoen voor die van een middelmatige soap. Het acteerwerk is door de afgezaagde dialogen houterig en onnatuurlijk. De audio klinkt daarnaast regelmatig verstomd en de soundtrack lijkt opgenomen op een huis-tuin-en-keuken-synthesizer. Ondertussen lijkt er dan weer geen geld bespaard te zijn op de personal trainers van de mannelijke castleden.
Maar het grootste euvel is het tergend langzame tempo en de te lange dialogen. Bijzonder, gezien de snelle plotwisselingen. Het noemen van een schrijver of maker in een filmtitel is bedoeld als kwaliteitskeurmerk, maar markeert zelden echte kwaliteit. Is Tyler Perry's Duplicity je eerste kennismaking is met zijn werk, dan zou het ook zo maar eens je laatste kunnen zijn.
Tyler Perry's Duplicity is te zien bij Prime Video.