Tegenover elke populistische politicus die bij een ambassade een protestactie houdt met een verkeersbord, staat gelukkig wel een film die een genuanceerder beeld schetst van de situatie die ontstaat door het openstellen van de Nederlandse grenzen voor Roemeense arbeiders. A Long Story is die film, al vormt de opengrenzensituatie niet de hoofdmoot maar dient het vooral als springplank voor een persoonlijk drama. Hierin ontfermt de verse weduwnaar Ward zich over het negenjarige zoontje van een door hem in dienst genomen Roemeense klusjesman nadat deze op een avond niet is thuisgekomen. Ten einde raad om van het joch af te komen, besluit Ward hem naar Roemenië te rijden om hem te herenigen met zijn moeder.
Deze beslissing komt na ongeveer een half uur, waarmee de daarvoor vrij ingetogen film nogal plotseling verandert in een roadmovie. Een genre dat enkele jaren geleden in Nederland nauwelijks voorkwam, maar sindsdien met Rabat en Jackie op overtuigende wijze heeft laten zien dat er genoeg mogelijkheden zijn. In tegenstelling tot die titels omvat de reis in A Long Story niet het grootste deel van de film; na opnieuw een half uur arriveert het tweetal in Roemenië en dient zich het volgende deel van het verhaal aan. De drieaktenstructuur is zeer duidelijk, maar hinderlijk is dat niet: alles bouwt netjes voort op het voorgaande en het verhaal valt zelden in herhaling.
Het is bijzonder prettig dat de negenjarige Mihai niet bepaald schattig is of enige dankbaarheid toont voor de hulp die Ward hem biedt. Geregeld lijkt hij er bijna op uit bij zijn reisgenoot het bloed onder zijn nagels vandaan te halen. Dit is echter geen bewust geklier maar simpelweg de leeftijd van het jongetje. Overigens zijn gesprekken tussen de twee bijzonder spaarzaam, aangezien ze elkaars taal niet spreken. Dat in ogenschouw nemend is het opvallend hoe makkelijk de twee toch contact weten te maken. Iets wat kan worden verklaard door het gegeven dat Ward veel heeft gereisd en dergelijke situaties hem waarschijnlijk niet vreemd zijn.
Het is een bittere ironie dat de rol van Ward zowel de grootste kracht als zwakte is van A Long Story. Uiterst ingetogen vertolkt door de altijd sterke Raymond Thiry zien we een man die na de dood van zijn vrouw volledig in zichzelf is gekeerd en niets zomaar prijsgeeft. Op de vraag of hij een vrouw heeft, antwoordt hij dan ook simpelweg dat het een lang verhaal is. Maar deze prachtig neergezette terughoudendheid wordt door de film op dusdanige wijze omarmd dat het te veel gissen is naar Wards situatie. Van Mihais moeder krijgen we constant te zien wat zij in afwezigheid van haar echtgenoot in Roemenië doet, maar onze hoofdpersoon moet het stellen met slechts een vluchtige schets. Wards reis naar Roemenië functioneert als een vorm van rouwverwerking, maar omdat hij zo onderbelicht blijft, komt dat helaas niet zo lekker uit de verf als had gemoeten.