Het lijkt er tegenwoordig haast op dat je alleen maar hoeft te weten hoe je een computer aanzet om een animatiefilm uit de grond te kunnen stampen. Met de komst van en de overgang naar de digitale animatiefilm is het niet meer zo heel moeilijk om een goed ogend animatieavontuur te ontwikkelen. Uiteraard vereist het produceren van een degelijke animatiefilm niet alleen maar computers en mankracht. Zelfs bij de slechtste voorbeelden uit het genre is nog wel degelijk wat talent betrokken. Waar het bij de middenmoters of zelfs onderste regionen van de animatie-industrie vaak aan schort is een gebrek aan talentvolle scenaristen en regisseurs. Het kan er allemaal nog zo mooi uitzien, het loopt toch vaak spaak bij gebrek aan goed uitgewerkte personages, aansprekende humor en een slim uitgewerkt verhaal. Dat onderscheidt de genreaanvoerders dikwijls van de concurrentie. Het op het Spaanse schiereiland opgetrokken Capture the Flag, die in de Nederlandse bewerking uitkomt als Race Naar de Maan ontbeert een goed verhaal en speelt schaamteloos leentjebuur bij de concurrentie. Hierbij is vooral de filmcollectie van Pixar tot in den treure bestudeerd.
De vader van Mike Goldwing is een astronaut, een beroep dat natuurlijk bij vrijwel elk kind tot de verbeelding spreekt. Mikes pa heeft het beroep weer van zijn eigen vader opgepikt, maar met hem leeft hij in onmin. Er ligt een vloek op de astronauten uit de familie van Mike, want elke keer als het er bijna van komt dat er wordt afgereisd naar de maan gebeurt er iets waardoor het hele ruimtefeestje niet doorgaat. Mike en zijn vader worden door het lot een handje geholpen als zich een nieuwe kans aandient om naar de natuurlijke satelliet van de aarde afgeschoten te worden. De kwaadaardige energiemagnaat Richard Carson probeert de bevolking wijs te maken dat de maanlanding uit 1969 één grote nepvertoning was. Hij wil naar de maan om daar als eerste zijn vlag te planten, maar in werkelijkheid wil hij de Amerikaanse vlag die er al sinds de late jaren zestig staat jatten en gelijk de maan gebruiken als onbeperkte energiebron. Mike en zijn vrienden proberen alles op alles te zetten om mee aan boord van de raket naar de maan te komen en tevens Mikes vader en opa zich met elkaar te laten verzoenen. Het feit dat de jarenlange ervaring van Mikes opa wordt ingezet om de nieuwe astronauten op te leiden zou hier wel eens bij kunnen helpen.
De diverse animatiestudios hebben er toch al een handje van om elkaar na te apen. Zo is er nauwelijks meer verschil in het uiterlijk van hun menselijke personages. Grote ronde hoofden, met grote ogen en een gelijksoortige dynamiek en motoriek. De animatoren van Capture the Flag zijn niet alleen onorigineel, maar vinden het vooral lastig om hun figuurtjes soepeltjes te laten bewegen. Hun houterige loopjes storen van meet af aan, al ga je je er na verloop van tijd wel minder aan ergeren. Wat betreft aankleding en bijvoorbeeld de aanwezige voertuigen is de kunst afgekeken van Pixars Up en de ruimtereizigers die hun opwachting maken lijken wel weer erg op Buzz Lightyear uit Toy Story. Het verhaal is eveneens kinderlijk eenvoudig en de makers hebben zich wellicht blindgestaard op het spannende gegeven van een stel kinderen die proberen om een reis naar de maan te maken. Daar komt ook nog eens bij dat de schrijvers van deze Spaanse animatiefilm veel van hun (bij)figuren hebben gebaseerd op daadwerkelijk bestaande personen. Zo is de schurk geënt op Richard Branson, zijn zijn hulpjes parodieën op zowel Bill Gates als Steve Jobs en komt zelfs nog een lookalike van Stanley Kubrick voorbij. Je kunt ook doorschieten in de kwinkslagen, want subtiel is het niet en het voelt hier wederom als een bewijs van creatieve armoe.
Is het nu de volwassenen geest van een recensent die zo kritisch van leer trekt? Vast. De jeugdige doelgroep van Capture the Flag zal al deze minpunten ongetwijfeld een rotzorg zijn. Zij krijgen een verhaal voorgeschoteld over een driekoppige vriendengroep die een spannend avontuur beleeft. Dat laat niet onverlet dat de rijke fantasie waar kinderen over beschikken geenszins wordt aangesproken. Je kunt je niet aan de indruk onttrekken dat de makers van deze matige Spaanse animatiefilm een paar succeselementen bij elkaar hebben willen gooien, zonder ook maar één brainstormsessie te hebben besteed aan het vinden van originele invalshoeken en personages. Illustratief voor dit laatste is een arme hagedis (steevast vertaald met salamander) die voortdurend en zelfs letterlijk voor het karretje van het dikke, maar vindingrijke vriendje van Mike wordt gespannen. Een andere functie dan medelijden opwekken heeft het reptiel niet.