In sommige landen belandt Worth meteen op Netflix. In Nederland krijgt-ie nog een kleine release, in een handjevol filmhuizen en bioscopen die dunnetjes zijn verspreid over het hele land. Het filmdrama wordt niet zomaar zo dicht op het twintigjarig jubileum van de aanslagen van 11 september 2001 uitgebracht. Het verhaal gaat over jurist Ken Feinberg die in de nasleep van deze tragedie de taak op zich nam om een fonds voor de slachtoffers en nabestaanden vorm te geven. De grote vraag die hij, met de kille logica van de wet, probeert te beantwoorden: wat is een mensenleven waard?
Om Feinberg te spelen, zet Michael Keaton een merkwaardig bijna-Bostons accent op. En dat is even wennen, zelfs al acteert hij verder zo sterk als we van hem gewend zijn. Als jurist die zich op basis van de rede altijd uitstekend van zijn taak heeft kunnen kwijten, is hij niet opgewassen tegen alles wat 9/11 heeft losgemaakt in een ernstig getraumatiseerde groep nabestaanden. Hun vaders of moeders, broers of zussen, zoons of dochters zijn zeer plotseling uit het leven gerukt. Of het nou de kopieerhulp was op de vijfendertigste verdieping, of een brandweerman die als een van de eersten ter plekke was om te helpen. Er zijn heel veel vragen, en er is nog veel meer emotie.
Het eerste halfuur begeven we ons vooral in kille advocatenkantoren, bij Feinberg thuis en in vergaderzalen. Alleen in de scène waarin de aanslagen plaatsvinden is de toon even anders, maar we krijgen weinig te zien van de heftigheid op 11 september. De film lijkt vooral te blijven steken in een saaie gedegenheid. Maar zodra de slachtoffers aan het woord komen, verandert het narratief drastisch. Ineens is de geest is de geest uit de fles, en die gaat er niet zomaar meer in.
Alleen al de scène van Feinberg die aan een publiek probeert uit te leggen wat zijn rekenmodel is, en stuit op een menigte die huilt, roept en vooral niet zomaar stilletjes kan luisteren is indrukwekkend. Acteerkanon Keaton wordt echt even overstemd door de rauwe emotie die regisseur Sara Colangelo hier heeft weten vast te leggen. Verder komen er een hoop verhalen van nabestaanden voorbij. Soms als onderdeel van het plot, andere keren een-op-een verteld aan de camera, alsof de kijker een van de advocaten in het kantoor van Feinberg is. Dat komt allemaal hard binnen.
Verder is er niet zo heel veel bijzonders aan. Stanley Tucci geeft nog wel een heerlijk ironisch tegenwicht aan Keaton, en Amy Ryan is stevig op dreef als de rechterhand van Feinberg. Maar het spettert nou ook weer niet keihard van het scherm af. De verhullende sfeer van schaduwrijke kamertjes wordt best verdienstelijk toegepast, maar werkt lang niet zo drukkend als die in bijvoorbeeld dramatische geestverwant Dark Waters.
Worth is ook een verhaal met een tikkende klok. Er is een deadline van twee jaar en twee maanden na de aanslagen, waarop genoeg nabestaanden hun handtekening moeten hebben gezet. Anders komt er geen fonds en zijn deze gezinnen allemaal op zichzelf aangewezen. En, wat de voornaamste reden voor het fonds is, dan kunnen de vliegmaatschappijen rekenen op allerlei rechtszaken. Het succes van het fonds is niet louter liefdadigheid, maar ook een politieke noodzaak, omdat anders de economie wordt lamgelegd. Het element van de klok werkt echter niet helemaal lekker binnen de emotionele context van het verhaal, zeker naarmate de deadline nadert.
Het komt alsmaar plotmatiger over, en de film krijgt de zweem van een intellectuele oefening. En daarmee maakt Worth onbedoeld ook op een tweede manier duidelijk dat logica niet is opgewassen tegen de heftige gevoelens na een zwaar traumatische gebeurtenis. Alleen al de oprechtheid waarmee de verhalen van de nabestaanden zijn vormgegeven, zijn het waard om Worth eens op je gemak te bekijken. Hopelijk hoef je niet al te ver te reizen om hem te kunnen zien, want anders kun je misschien beter wachten tot hij hier ook op Netflix staat.