Tien jaar geleden eindigde de burgeroorlog in Sarajevo, maar de littekens zijn nog duidelijk zichtbaar. Met name de wijk Grbavica kreeg het zwaar te verduren. Drie jaar lang werden vanuit die plek inwoners gemarteld en verkracht. Met de film Grbavica roept debuterend regisseuse Jasmila Zbanic op om het zwijgen daarover te doorbreken. Zelf woonde Zbanic tijdens de belegering op een steenworp afstand van Grbavica, maar ondanks die directe betrokkenheid is de toon hier niet beschuldigend, maar juist hoopvol. De centrale boodschap is niet mis te verstaan: pas wanneer je de confrontatie aangaat met je eigen demonen, kun je verder en ben je in staat om je te kunnen ontwikkelen als mens, als stad en als land. In Berlijn won Grbavica verassend de Gouden Beer met dit weliswaar ontroerende, maar ook weinig diepgravende debuut.
1992 had zo'n mooi jaar moeten worden. Het parlement verklaarde op 5 april de onafhankelijkheid van de republiek Bosnië-Herzegovina en verkoos Sarajevo tot hoofdstad van de nieuwe staat. Nog diezelfde dag ging het mis. Tijdens een demonstratie schoot een onbekende schutter een studente dood. Direct daarop verschanste het Joegoslavische Volksleger zich met een leger van Bosnische Nationalistische Serviërs in de bergen rondom de stad. Dik drie jaar lang werd Sarajevo beschoten en gebombardeerd. Alhoewel de manschappen er niet in slaagden de hele stad in te nemen, werd de wijk Grbavica bezet waarna duizenden mensen werden gemarteld en verkracht. Met gemiddeld zo'n vierduizend granaten per dag en zonder gas, water en elektriciteit moet het een uitzichtloze hel zijn geweest. Meer dan tienduizend inwoners overleefden het niet.
Grbavica belicht het verhaal van één vrouw uit de gelijknamige wijk. In het symbolische openingsbeeld zien we tientallen vrouwen zij aan zij slapend naast elkaar. Alleen Esma - een rol van Emir Kusturica's vaste actrice Mirjana Karanovic - heeft haar ogen geopend. Ze is een alleenstaande moeder en kan slechts in haar onderhoud voorzien door twee banen te combineren: overdag de fabriek en 's avonds serveerwerk in een nachtclub. Zoals iedereen in Sarajevo is ook Esma getekend door het verleden. Ze wil het alleen niet weten en ploetert zich iedere dag voort naar de volgende. Er zijn speciale vrouwenbijeenkomsten die ze bezoekt, maar Esma is nog lang niet zo ver om haar hart te luchten. Haar ogen zijn dan ook niet geopend als teken van bewustwording, maar simpelweg omdat ze de slaap niet kan vatten door haar onverwerkte verleden.
Ook haar dochter Sara houdt zich stoerder dan ze is. Op school bijt ze van zich af en laat zich door niemand wat wijsmaken. Haar identiteit is voornamelijk gegrond op de overtuiging dat haar vader als moedige soldaat is gesneuveld voor gezin en vaderland. Langzaam komt Esma er achter dat Sara's stuurse gedrag wordt veroorzaakt door het verkeerde voorbeeld dat zij als moeder geeft door alles dood te zwijgen. Het is die allesverbloemende zelfredzaamheid waartegen de film zich afzet. Gezien het onderwerp is Grbavica een verbazingwekkend luchtige vertelling geworden. Een film waarvan de kracht niet zozeer ligt in getoonde diepgang of originele invalshoeken, maar in de sympathieke portrettering en bemoedigende les waarmee Jasmila Zbanic het publiek achterlaat.