De neowestern Pipa opent bruut, duur en adembenemend. Een eenzame auto doorkruist het kolossale Argentijnse berglandschap, om midden in de woestenij te stoppen naast een verbrand lijk. Vanaf een wild feest in een nabije villa leidden haar voetsporen naar deze plek des doods. De zoektocht naar de daders begint als een ernstig detectiveverhaal met de ambitie van een echte hoogvlieger, maar al gauw keldert het niveau naar diep onder peil.
Als laatste deel van de Crimes of the South-trilogie gaat wederom het doek op voor huidig ex-rechercheur Pipa. In de eerdere films Perdida uit 2018 en La Corazonada uit 2020 kreeg de dame al voldoende bagage mee om met pensioen te gaan. Haar tante Alicia Pelari heeft haar nu naar het kleine stadje La Quebrada gebracht om met haar zoon Tobías tot rust te komen. De moord van Sami gooit roet in het eten, waardoor Pipa al gauw weer in het zadel zit om de moordenaars te bestraffen.
Aan het begin van de film volgt de ene dure set de andere op wanneer diverse personages carnaval vieren. Het feest van de rijke, witte bevolking is doorspekt met neonlichten, tropical house en cocaïne, en kan haast niet meer verschillen van het traditionelere carnaval van de lokale Qulla-bevolking. Een vervreemdende weergave wordt getoond van de verschillende klassen in Argentinië met een heftige soundtrack, uitgesproken belichting een dik aangezette kleurbewerking. Een ding is duidelijk: er is een duidelijke breuk in de Argentijnse samenleving te vinden, waar alle problemen in het verhaal uit voortkomen.
Zodra het onderzoek daadwerkelijk aanvangt, lijkt het gedaan met deze uitbundige stilering. De detective-elementen van het politieonderzoek lijken uit een goedkope soap te zijn gehaald en doen de kijker afvragen of dit nog wel dezelfde film is. Een overvloed aan verhaallijnen en personages wordt vervolgens geïntroduceerd, die de editor allemaal maar moeizaam op een gebalanceerde manier kan afwisselen. De rode draad van het moordonderzoek verdwijnt al gauw achter lokale verkiezingen, politiegeweld en ruzies tussen Pipa en Tobías.
Halverwege de film lijkt al het leven eruit te zijn weggesijpeld. Simpele en saaie shots tonen het verloop van het eentonige onderzoek, aan elkaar geplakt met een vermoeiende montagestijl. Wat overblijft is een oninteressant ratjetoe van nauwelijks doorkruisende verhalen, waardoor af en toe het ene personage het andere opbelt om te vragen of er nog iets spannends is gebeurd. Het is een frustrerende kijkervaring, aangezien het begin hoge verwachtingen schiep van de kunde van de regisseur en zijn team. De soundtrack, aanvankelijk zo gedurfd, is ondertussen onuitstaanbaar irritant geworden.
Pipa maakt het zichzelf onnodig moeilijk. Zelfs het bloederige en actierijke einde kan de rommelige aanloop ernaartoe niet meer goedmaken. Minder aandacht voor de politieke situatie in Argentinië en meer schermtijd voor de personages had al veel goeds kunnen doen. De huidige personages zijn namelijk zo plat dat de kijker graag kogels in ze ziet verdwijnen om enkele diepgang te ontdekken. Misschien vermakelijk voor degenen die bekend zijn met de vorige twee films en het verhaal van Pipa willen zien afsluiten, maar andere kijkers kunnen beter een Flikken-aflevering opzetten.
Pipa is te zien bij Netflix.