Maar liefst vijftien bestsellers verschenen er al rond geheim agent Mitch Rapp. Met zo'n trouwe lezersschare is een verfilming slechts een kwestie van tijd. Voor Rapps eerste avontuur op het witte doek werd logischerwijs gekozen voor chronologisch gezien het eerste deel uit de reeks: American Assassin. Dit pas later verschenen oorsprongsverhaal kan het beste omschreven worden als een soort kruising tussen de Jason Bourne-films en Marvels The Punisher. Nadat zijn vriendin tijdens hun vakantie op brute wijze om het leven komt bij een terroristische aanval, verandert Rapp in een wraaklustige eenling. Bij de CIA valt dit profiel blijkbaar prima in de smaak, aangezien Rapp binnen de kortste keren gerekruteerd wordt voor hun strijd tegen terrorisme.
Omdat er bij een succesvolle ontvangst nog veerien potentiële vervolgen klaarliggen, is het verstandig om als studio op een acteur te mikken die een eventuele franchise meerdere films zou kunnen dragen. Verscheidene doorgewinterde actiesterren - onder meer Chris Hemsworth, Gerard Butler en Colin Farrell - werden geopteerd, maar verrassend genoeg ging de jonge Dylan O'Brien er met de rol vandoor. Of de studio gezien zijn leeftijd hiermee alvast op de toekomst mikt, of dat de rest van de gegadigden er simpelweg niet zo'n trek in had, is onduidelijk, maar de keuze pakt verfrissend genoeg uit. O'Brien was tot dusver voornamelijk te zien in tienerproducties als The Maze Runner en Teen Wolf en moet zich als actieheld nog zien te bewijzen. Een welkome afwisseling dus, dat er voor een acteur in een dergelijke productie nog daadwerkelijk wat te behalen valt, daar waar een gepokte en gemazelde actiester enkel op zou komen dagen voor het loonstrookje.
Dit gegeven zorgt voor een leuk contrast met zijn tegenspeler Michael Keaton, die de rol van CIA-veteraan en Rapps mentor Stan Hurley op zich neemt. In tegenstelling tot O'Brien is Keaton een ervaren rot in het vak die dondersgoed weet dat er aan een rol in een dergelijk niemendalletje voor hem weinig eer te behalen valt, en daarom niet schroomt om alle gêne uit het raam te gooien en zijn optreden extra dik aan te zetten. Wanneer Rapp het rouwproces omtrent zijn overleden vriendin eenmaal verrassend snel opzij heeft gezet, en plotsklaps in een wat bijdehante wijsneus is veranderd, levert dit een leuke combinatie op die onbedoeld nog eens van een extra metatekstueel tintje wordt voorzien.
Wanneer het duo even later half Europa doorkruist op halfdoordachte missies ben je inmiddels allang vergeten dat Rapps vriendin het loodje heeft gelegd, aangezien het plot voortdurend van de hak op de tak blijft springen tijdens de zoektocht naar een niet al te duidelijke vijand. Verhaaltechnisch wordt het al snel een rommeltje, wat wellicht ook te wijten valt aan een scenario dat graag in wil haken op recente voorvallen van terrorisme, maar er alle schijn van heeft de zaken niet helemaal uit elkaar te kunnen houden. Zo worden verschillende conflictgebieden en organisaties vrij lukraak door elkaar gegooid, ook als deze niet echt aan elkaar gerelateerd zijn. Het zal de schrijvers ongetwijfeld een worst wezen, aangezien de gemiddelde bezoeker van het (vermoedelijk overwegend Amerikaanse) publiek er waarschijnlijk ook niet om zal malen.
Die komt immers puur voor de actie, en op dat gebied weet regisseur Michael Cuesta in elk geval voldoende te voorzien in de behoeften van de kijker, met volop knokpartijen, vuurgevechten en achtervolgscènes door onder meer Istanbul en Rome. Broekie O'Brien weet zich redelijk staande te houden tussen al het geweld, al valt hij af en toe nog wel lelijk door de mand zodra de minstens twee keer zo brede spierbundel Scott Adkins ten tonele verschijnt. Het zij hem vergeven, al was het maar omdat geloofwaardigheid in de rest van de film toch al nergens hoog in het vaandel stond.
Zo zijn er wel meer redenen die maken dat de avonturen van Mitch Rapp werkelijk geen seconde serieus te nemen zijn, maar vervelen hoeft de kijker zich gelukkig niet. De clichés vliegen je om de oren, en zowel het verhaal en de acteerprestaties zijn van een bedenkelijk niveau, maar de actie is bruut, het tempo vlot en de pretenties zijn laag. Verder hebben de makers geen enkele intentie om meer te doen dan wat er op het etiketje vermeld staat, wat maakt dat American Assassin binnen de grenzen van de hersenloze Amerikaanse actiethriller niet de ergste is van zijn soort. Goed genoeg voor eenmalige consumptie.