Meneer Pluizenbol
Recensie

Meneer Pluizenbol (2016)

Door een bizar ongeluk komt een zakenman vast te zitten in het lichaam van een kat. Deze lelijk nagesynchroniseerde kinderkomedie is totaal niet grappig.

in Recensies
Leestijd: 2 min 57 sec
Regie: Barry Sonnenfeld | Cast: Kevin Spacey (Tom Brand), Jennifer Garner (Lara Brand), Malina Weissman (Rebecca Brand), Robbie Amell (David Brand), Christopher Walken (Felix Perkins), e.a. | Speelduur: 87 minuten | Jaar: 2016

Op YouTube zijn kattenfilmpjes razend populair. Of ze nu achter een bolletje wol aanzitten, een vogeltje besluipen of ondersteboven in een doos belanden: katten reageren onvoorspelbaar en juist dát maakt ze grappig. Maar wat voor eventjes amusant is op het internet, hoeft niet per se te werken in een volwaardige bioscoopfilm. Huisdieren laten zich immers nauwelijks regisseren. Complimenten dus voor de makers van Meneer Pluizenbol dat ze het hebben aangedurfd om deels met échte katten te werken. Zes Siberische boskatten om precies te zijn. Vooruit, met de hulp van wat digitale effecten, zodat onmogelijk kunstjes toch konden worden gerealiseerd. In het gunstigste geval levert dat af en toe een aardige trucagemix op.

Daarmee is ook het enige positieve punt benoemd. Waarom hebben topacteurs als Kevin Spacey en Christopher Walken in vredesnaam hun naam verbonden aan dit misbaksel? Barry Sonnenfelds Amerikaanse komedie heet oorspronkelijk Nine Lives, maar werd voor de Nederlandse markt uitgebracht als Meneer Pluizenbol: een lelijk nagesynchroniseerde versie met de stemmen van onder andere Barry Atsma en Nicolette van Dam. De insteek is helder, maar mist volledig zijn doel: de harige hoofdpersoon moet van zo veel mogelijk sarcastisch commentaar worden voorzien. Helaas is de humor nergens scherp of gevat, eerder lui en dom. Vooral de talloze flauwe woordspelingen zijn pijnlijk ongrappig. Zo vraagt één van de personages op een gegeven moment of er ook MRI-scans voor katten bestaan, waarop een ander antwoordt: "Je bedoelt een CAT-scan?" Het is amper voor te stellen dat er jonge kinderen zijn die dubbel zullen liggen om dit soort grapjes.

Kwalijk is vooral dat de makers nergens hun best doen om de beoogde doelgroep te bedienen. Dat begint al bij een verkeerde perspectiefkeuze. Meneer Pluizenbol opent met een focus op zakenman Tom Brand, een patserige eikel die miljoenen heeft vergaard met stedenbouwprojecten. Zijn laatste wapenfeit is de bouw van een wolkenkrabber midden in het centrum van Manhattan, waarmee hij de concurrentiestrijd wil aangaan met een toren in Chicago. Welk gebouw zal het hoogste worden? Die kwestie houdt Brand nogal bezig. Hij heeft structureel meer aandacht voor zijn werk dan voor zijn gezin. Telefoontjes van zijn vrouw drukt hij daarom met alle plezier weg, terwijl hij aan de vergadertafel plaatsneemt. Het probleem is dat de film te veel van dit soort oersaaie vergaderingen tussen leuterende zakenmannen toont. Om nog maar te zwijgen over andere onderwerpen die de kop opsteken: drankmisbruik, een comapatiënt, zelfmoord en dreigen met castratie. Niet bepaald zaken die thuishoren in een kinderkomedie.

Veel beter hadden de makers zich kunnen richten op de vader-dochterrelatie, die een tikkeltje verstoord is geraakt. Dochter Rebecca Brand wil al heel lang een kat voor haar verjaardag, maar krijgt elk jaar iets anders. Als haar vader eindelijk overstag gaat en zo’n harig huisdier voor haar koopt in een obscure dierenwinkel, gaat het mis. Door een bizar ongeluk komt Tom Brand vast te zitten in het lichaam van de kat. Alleen als hij bewijst dat hij in staat is om ware liefde te tonen, maakt hij een kans om weer in zijn eigen mensenlichaam terug te komen. In de tussentijd zijn er bijna geen noemenswaardige sleutelscènes tussen vader en dochter. De moraal van het gedaantewisselingsverhaal dient zich bovendien pas erg laat aan. Liefde vereist opoffering. Een boodschap die de makers zo zoetsappig en inspiratieloos brengen, dat je je best moet doen om niet een haarbal uit te braken.