In het digitale tijdperk laat alles zich vangen in data, dus ook het vaak onpeilbare gedrag van de mens. De onderzoekende documentaire Als De Nacht Maar Niet Valt bevraagt subtiel hoever we daarin moeten gaan. Kunnen we de voorwaarden voor geluk en psychische gezondheid daadwerkelijk objectief vaststellen, of is onze klinische zoektocht naar die heilige graal eerder onderdeel van het probleem?
De documentaire opent in Noorwegen. Een klein groepje basisschoolkinderen wordt begeleid in het benoemen en herkennen van hun eigen gedragspatronen: door hun sluimerende angsten tegemoet te zien in een VR-simulatie, of ze (letterlijk) door te prikken in de vorm van een ballon, hopen gedragswetenschappers te voorkomen dat de kinderen op latere leeftijd nog feller door psychische problemen worden geplaagd.
In een werkruimte van het opvangcentrum leest een van de medewerkers de vragenlijst voor die standaard aan de kinderen wordt voorgelegd. Op alle vragen kun je vier verschillende antwoorden geven, telkens tussen 'nooit' en 'heel vaak'. De vragenlijst is een perfect voorbeeld van de menselijke drang naar meetbare kennis van complexe problemen: uiterst persoonlijke vragen over de kwetsbaarheden van de kinderen rollen uit de computer als een rekenreeks van eentjes, viertjes en alles daartussen.
Dat regisseur Marc Schmidt geïnteresseerd is in psychische problematiek, maakten zijn eerdere films al overduidelijk. De Regels van Matthijs gaat over de innerlijke worsteling van een vijfenveertigjarige autistische man, In de Armen van Morpheus maakt invoelbaar hoe een (nacht)leven met slapeloosheid eruitziet. Laatstgenoemde documentaire liet in dat kader al zien hoe de hersen- en slaapactiviteit van sommige patiënten zorgvuldig werd gemeten in de hoop verklarende patronen en motieven te kunnen vaststellen.
Als De Nacht Maar Niet Valt doet daar een voorzichtig schepje bovenop: de film laat ons op vergelijkbaar beschouwende wijze meekijken met wetenschappelijke onderzoeks- en therapiesessies, maar moedigt ook aan om kritisch op die sessies te reflecteren. Zo wordt een Nederlandse man die een psychose achter de rug heeft tijdens zijn wandelingen gevolgd door ingetekende meetlijnen (of datastromen), die nog eens functioneel worden versterkt in het geluidsontwerp. Het is alsof de monitor altijd aanstaat, en onregelmatige bliepjes getuigen van een mogelijke doorbraak.
De man volgt momenteel een re-integratietraject en heeft onderzoekers met kennis van zijn achtergrond toestemming gegeven om zijn sociale en psychische activiteit verder in kaart te brengen. Bij de studie hoort ook een uitgebreide vragenlijst, met vragen als 'waarin zit voor jou de zin van het leven?'. De man begint aan een intrigerend relaas, maar wordt onderbroken: na een eerder "hier kunnen we lang over doorpraten, maar er volgen nog zoveel vragen", zegt de onderzoekster nu dat ze hem "lastig kan volgen". Wat is de zin van diepgravende vragenlijsten als er geen ruimte is om een diepgravend antwoord te geven?
Gezegd moet wel dat Schmidt er niet op uit lijkt om wetenschappers, onderzoekers en projectleiders te veroordelen: zijn blik is minder didactisch en meer emotioneel en filosofisch. Die laatste twee kenmerken zitten onder meer vervat in een mijmerende, semi-poëtische voice-over die de vele beschouwende scènes net wat extra sturing geeft en ook de titel verklaart. De voice-over is een welbewuste toevoeging, maar voelt toch onnodig: hij geeft woorden aan gedachtes waar de documentaire bij gebrek aan zo'n 'vogelvluchtperspectief' ook al toe zou uitnodigen.
Als De Nacht Maar Niet Valt speelt in drie landen (naast Noorwegen en Nederland ook de Verenigde Staten), en dat is bij vlagen een teleurstelling. Zo hadden de opnames van de Nederlandse hoofdpersoon vermoedelijk met gemak een eigen documentaire kunnen vullen, maar roepen de geselecteerde scènes nu dus vooral de vraag op wat er nog in de montage is gesneuveld. De brede opzet zorgt voor een dubbel gevoel, want Schmidts benadering is ook verdedigbaar: juist door de drie verschillende contexten ontstaat een overkoepelend beeld van wetenschappelijke 'datazucht' en kennis- en controledrang.
In Lake Nona, volgens Google een 'trendy nieuwbouwwijk' in Orlando, Florida, is de documentaire in dat licht op zijn surreëelst: wie het veelbesproken Don't Worry Darling zag, waant zich in de moderne bungalows en de gemoedelijke, angstvallig opgeruimde leefomgeving van de woongemeenschap bijna weer in de achtertuin van Florence Pugh en Harry Styles. "We willen zeker stellen dat je blij bent, dus we proberen alle frictie te verwijderen", licht een van de projectmedewerkers het utopische uitgangspunt toe. Als dat hier min of meer hetzelfde betekent als in de film, is dat het signaal om te maken dat je wegkomt.