De mooie, jonge en zorgeloze Sara heeft een tussenjaar doorgebracht op de Afrikaanse eilandnatie Mauritius. Na een volwassen leven te zijn begonnen in Londen, keert ze er terug voor de bruiloft van een vriendin. Wanneer ze door een reeks toevalligheden met haar ex-vriend Jackson in een propellervliegtuigje zit op weg naar een naburig eilandje waar de huwelijksceremonie plaatsvindt, komt de piloot plotseling te overlijden. Boven een eindeloze oceaan. Het feestelijke tripje is ineens omgeslagen in een krankzinnige vlucht met stormen, rancune en eindeloze pech, terwijl ze niet veel meer heeft dan een paar vergeten vlieglessen en een kratje lokale rum. Dit kan alleen maar slecht aflopen.
Mocht het inderdaad slecht aflopen - geen spoilers hier natuurlijk - dan lijkt dat in elk geval te rijmen met het slechte begin. In een handvol scènes van elk ongeveer een minuut, worden even haastig een situatie en een paar personages opgetuigd. Het gaat met de subtiliteit en creativiteit van een actiefilm uit de jaren tachtig. Deze aaneenschakeling van voorspelbare oneliners, afgezaagde shots en achterhaalde stereotypes zorgt ervoor dat je opgelucht bent wanneer de wat ongezond ogende piloot het aandoenlijk armetierige vliegtuigje van de grond krijgt, met Sara en Jackson als enige passagiers. Helaas blijkt het antieke stuk blik het enige wat op dat moment een stijgende lijn inzet.
Je zou bijvoorbeeld kunnen hopen dat de film zich op dat moment gaat richten op Sara en haar levenskeuzes. Ze heeft er immers voor gekozen om haar vriendje en de ontspannen sfeer achter te laten om aan haar carrière te gaan werken in Londen. Was het zorgeloze strand met de stoere Jackson niet veel mooier dan de generieke marketingtitel op haar visitekaartje? Maar nu haar einde aan de horizon lijkt te verschijnen, blijkt ze de tijd niet te krijgen om zich nog dat soort zaken af te vragen, of daarover verder te steggelen met Jackson. Een uur lang zijn de twee namelijk alleen maar bezig de gevleugelde doodskist in de lucht te houden, waarmee iedere vijf minuten wel weer iets anders mis is.
De motor hapert, de radio valt uit, hun telefoons begeven het, iemand breekt een arm bij het op de vleugel klimmen: je kunt het zo dom niet verzinnen of het wordt ingezet om de film maar negentig minuten in de lucht te houden. Gelukkig worden de twee daarbij geholpen door bizarre hoeveelheden toeval, krankzinnige aannames en onverklaarbare inventiviteit. De actiescènes missen overtuiging en creativiteit, terwijl het acteerwerk nog het meest doet denken aan middelmatige stewardessenporno.
Spannend of meeslepend wordt het dan ook nooit en de enige manier om de tijd nog enigszins door te komen is voorspellen wat de volgende vijf minuten durende crisis zal zijn. Uiteindelijk is Horizon Line een film over een oninteressant duo, dat zonder duidelijke aanleiding in een mogelijk interessante situatie terechtkomt maar die dan weer zo oninteressant mogelijk beleeft. In een tijd zoals deze lijkt het financieel steunen van je favoriete filmhuis de enige legitieme reden om voor Horizon Line de deur uit te gaan.