Tsai Ming-Liang is een gevestigde naam in de arthousewereld, met veelvuldig bekroonde films als The Wayward Cloud en Vive LAmour. Maar waar de extreem lange takes en de schaarse dialogen in zijn films vaak voor lief worden genomen omwille van zijn visuele meesterschap, maakt hij het in Visage toch echt te bont. Hemeltergend traag, met een plot dat zich pas in het laatste kwartier enigszins begint af te tekenen, is dit een zeldzaam ondoorgrondelijke en pretentieuze film, die de kijker bovendien minacht door geen enkel aanknopingspunt te verschaffen.
Meer dan een volwaardige speelfilm met zaken als karakterontwikkeling en plot, is Visage een aaneenschakeling van diverse scènes die er op zichzelf nog heel aardig uitzien, maar waartussen elke samenhang ontbreekt. Het ene moment zien we (een kwartier lang) hoe iemand verwoede pogingen doet de gevolgen van een barstende waterleiding binnen de perken te houden en even later maken we weer kennis met een vrouw die in een toilet obsessief bezig is alle ramen af te plakken met zwarte tape. Elke logica ontbreekt en de pretentieuze houding van Tsai, die structureel weigert zaken uit te leggen, begint op den duur op de zenuwen te werken.
Met enig gepuzzel is uiteindelijk op te maken dat Visage gaat om een Taiwanese regisseur die naar Parijs komt om daar een film te maken over de Salomé-mythe: het bijbelse verhaal over Salomé die als beloning voor haar danskunsten het hoofd van Johannes de Doper op een schaal verlangde. Tsai volgt de voorbereidingen die getroffen worden bij het maken van de film en concentreert zich op de regisseur, de hoofdrolspeelster en de producer.
Visage, vreemd genoeg geselecteerd voor de officiële competitie van het filmfestival van Cannes, is beter als beeldend kunstwerk of video-installatie te bekijken dan als speelfilm. Een aantal losse scènes is dan ook zeer de moeite waard. Vooral de drie prachtig gechoreografeerde dansscènes met Laetitia Casta zijn erg fraai uitgevoerd.
Helaas kent Visage veel te weinig van dit soort momenten om de speelduur van 138 minuten te rechtvaardigen. Ondanks de aanwezigheid van een blik Franse topacteurs, onder wie Fanny Ardant, Matthieu Amalric en Jeanne Moreau, gaat de film ten onder aan zijn eigen ambitie. Verwijzingen naar François Truffaut en eerder werk van Tsai volgen elkaar in rap tempo op en tussendoor lijkt de film ook nog iets te willen zeggen over de cinema als kunstvorm. Maar wat precies, blijft vaag. Net zoals de hele film vooral een buitengewoon wazige indruk achterlaat.