Waarom ziet heel de wereld de Sicilianen toch als zon heethoofdig volk? vraagt Pietro Torrenuova tegen het einde van Baaria aan zijn vader Peppino. Omdat we de hele wereld willen omarmen, maar onze armen altijd net te kort zijn, antwoordt hij. Het is een perfecte samenvatting van dit tweeënhalf uur durende epos, een bijzonder ambitieuze film die aan de hand van een persoonlijke familiekroniek de ontwikkeling van Italië van de jaren dertig tot tachtig probeert samen te vatten.
Baaria is de nieuwe film van de regisseur Giuseppe Tornatore, een van de belangrijkste Italiaanse filmmakers van de laatste decennia. Tornatore staat vooral bekend als regisseur van het Oscarwinnende Cinema Paradiso uit 1988, en hoewel hij het niveau van die film in het vervolg van zijn carrière nooit meer heeft geëvenaard, wist hij met films als The Legend of 1900 en La Sconosciuta toch een voor Europese begrippen relatief groot publiek te bereiken. Baaria is zijn meest persoonlijke film tot nu toe, een gigantisch project dat mede dankzij een forse investering van het productiebedrijf van Silvio Berlusconi gerealiseerd kon worden.
Tornatore groeide zelf op in het Siciliaanse Bagheria (in het lokale dialect uitgesproken als Baaria) en de film is deels gebaseerd op zijn eigen ervaringen. De film volgt het leven van Peppino Torrenuova van zijn zorgeloze jeugd in de jaren dertig, toen Bagheria nog een klein ouderwets dorpje was, tot zijn in eerste instantie verboden huwelijk met de lokale schoonheid Mannina en zijn rumoerige politieke carrière. Daarbij maakt Tornatore duidelijk hoe het dorp door de jaren heen verandert en traditionele, oude gebouwen plaatsmaken voor moderne hoogbouw en ook het aantal Vespas snel toeneemt.
Giuseppe Tornatore staat bekend als een regisseur die bijzonder gecharmeerd is van het grote gebaar. Films van hem zijn zelden subtiel te noemen en moeten het vooral hebben van de vaak melancholische sfeer, pittoreske beelden van het Italiaanse landschap en de meeslepende muziek van Ennio Morricone, met wie Tornatore al sinds Cinema Paradiso samenwerkt. Baaria is in dat opzicht zonder twijfel zijn magnum opus. De sets zijn werkelijk fabelachtig mooi en doen denken aan de tijden van Cinecitta, ware het niet dat Baaria volledig is opgenomen op een woestijnvlakte in Tunesië, waar een hele stad uit de grond werd gestampt. Geld was blijkbaar geen issue bij de opnames van de film getuige de duizenden figuranten, de talloze kraanshots en ontelbare massascènes.
Probleem is echter wel dat al dit spektakel de aandacht een beetje wegtrekt van het persoonlijke verhaal dat het hart van de film vormt. De film is met tweeënhalf uur al aan de lange kant, maar zelfs die forse speelduur is te kort voor het verhaal dat Tornatore in Baaria wil vertellen. Drie generaties Torrenuova komen in sneltreinvaart langs, zonder dat de personages nu echt uitgewerkt worden. Daarvoor springt Tornatore te snel van de hak op de tak, in de angst iets te vergeten. Als een tv-serie was Baaria hoogstwaarschijnlijk dan ook beter uit de verf gekomen.
Toch is Baaria absoluut geen mislukking te noemen. Bij veel films is het mogelijk objectief aan te wijzen wat wel en wat minder goed gelukt is, maar bij Baaria ligt dat net wat anders. Dit is een film die het publiek waarschijnlijk zal verdelen in een deel dat bereid is mee te gaan met Tornatores sentimentele, epische stijl en een deel dat daar geen zin in heeft. Deze recensent behoort tot de eerste groep. Het is waar dat er heel veel is aan te merken op Baaria, een film met gebreken, maar deze film herbergt ook zoveel moois, met name het camerawerk van Enrico Lucidi en de ontroerende muziek van Ennio Morricone, dat je al snel bereid bent die gebreken te vergeten. Na afloop overheerste bij mij dan ook vooral het gevoel dat ik tweeënhalf uur lang ben meegenomen in een andere wereld die me alles om me heen even deed vergeten. En is dat niet waar cinema eigenlijk om draait?