The Runaways was van 1975 tot 1979 de eerste rockband die volledig uit (tiener)meisjes bestond. Joan Jett, later het bekendst van (solo)hits als I Love Rock 'n Roll en Lita Ford speelden gitaar, Cherie Currie zong, Sandy West drumde en vijf andere meiden speelden door de jaren heen basgitaar. The Runaways is een film over Cherie Currie, met grote bijrollen voor Joan Jett en manager Kim Fowley, marginale rollen voor West, Ford en één fictief personage waarin alle basgitaristen zijn samengevoegd. Een logische rolverdeling, want Curries tijd met The Runaways leent zich het beste voor het welbekende Hollywoodverhaal.
Dat de focus op Cherie Currie en Joan Jett ligt, komt ook voort uit het feit dat de film gebaseerd is op de memoires van Currie en dat Jett als 'executive producer' als enige bandlid direct bij de opnames betrokken was (bassiste Jackie Fox wilde zelfs dat haar naam niet in de film voorkwam). Dit is enigszins betreurenswaardig, want de boeiendste en leukste gedeeltes van de film gaan over de band en niet over Curries relatie met haar zus en dronken vader. Die scènes zijn van het oppervlakkige soort dat je in zoveel films over muzikanten tegenkomt.
Veel interessanter is de spanning tussen feminisme en seksisme die hun imago, hun leeftijd en hun manager oproepen. Aan het begin van de film vertelt de gitaarleraar van Joan Jett haar dat meisjes geen elektrische gitaar spelen. Cherie Currie wordt uitgejouwd en bekogeld terwijl ze David Bowie playbackt. Muziekproducent Kim Fowley ziet echter goud in een band bestaande uit mooie tienermeisjes. Hij zoekt de bandleden bij elkaar, bedenkt hun imago en schrijft samen met hen de meeste liedjes.
Fowley maakt van The Runaways stoere, onafhankelijke sexy meiden die zowel vrouwelijke rolmodellen voor de meisjes zijn (die zich zelf modelleren naar mannelijke rocksterren) als lustobjecten voor de jongens. Dat de ruige rocksterren in spe bijna allemaal nog onder de achttien zijn, maakt de band alleen nog maar meer rock-n-roll en zorgt voor zowel opwindende als ongemakkelijke scènes waarin de zestienjarige Dakota Fanning als de niet veel oudere Cherie Currie in strak korset en ondergoed have ya, grab ya 'til your sore zingt.
Zulke scènes zijn de sterkste van de film, want alleen dan benadert deze iets van het subversieve en tegendraadse karakter van de band. Het is jammer dat de film verder de gebaande paden betreedt. De sexy ruigheid van The Runaways wordt zo behoorlijk beteugeld. Desalniettemin is het best een vermakelijke film met prima acteerwerk. Kristen Stewart lijkt als twee druppels water op Joan Jett en is tegelijk een universele rebelse tiener. Ze doet hiermee die akelige Twilight-films snel vergeten. Dakota Fanning is perfect als 'jailbait' Cherie Currie.
Sterk is hoe beiden door laten schemeren dat ze zich nooit helemaal op hun gemak voelen in de rol die Fowley hen toebedeelt. En hoezeer The Runaways zich ook als onafhankelijke jonge vrouwen posteren, het is een volwassen man die bedenkt hoe ze dat moeten doen. Dus is het eigenlijk wel toepasselijk dat Michael Shannon volledig de show steelt als de krankzinnige Fowley. Hij maakt van de vuilgebekte maniak een hilarische onelinermachine: elke zin uit zijn mond is een maf statement Vanaf zijn eerste woorden: I am the king hysteria himself.