Onze eigen Rutger Hauer schitterde in Blind Fury, zo'n heerlijk onzinnige maar uiterst vermakelijke actiefilm uit de jaren tachtig. Hierin vertolkte hij een blinde veteraan met een indrukwekkend talent voor zwaardvechten. Dat leidde tot coole vechtscènes, waarin hij zonder zicht iedereen te grazen nam. The Silent Hour is zeker geen kopie, maar het concept van een dove held in een Die Hard-achtige situatie is niet bepaald vernieuwend. Helaas past de film het gehoorverlies niet toe op de actie, maar op de dramatische boog van het hoofdpersonage.
Frank Shaw is een politieagent die sterk vertrouwt op zijn zintuigen. Na een ongeluk begint hij langzaam zijn gehoor te verliezen en raakt hij afhankelijk van gehoorapparatuur. Wanneer zijn partner Doug hem meeneemt naar een verlaten flatgebouw om een getuige in een moordzaak te ondervragen, gaat het mis. Het wemelt van de criminelen die de getuige willen elimineren. Intussen raken de batterijen van Franks gehoorapparaat steeds verder leeg.
Hoe Frank zijn gehoorbeschadiging oploopt, is ronduit belachelijk: hij rent met volle kracht tegen een auto aan die al minstens twee seconden stil stond. De intentie van de makers is duidelijk, maar de uitvoering is een complete misser. Wat volgt is een veel te lange fase waarin Frank in de slachtofferrol blijft hangen Dat maakt hem geen prettig hoofdpersonage, maar een zeur die zichzelf vooral ontzettend zielig vindt.
Gelukkig zet de tweede akte het leed op een laag pitje en verschuift de focus naar het plot. Omdat Frank per ongeluk zijn mobiele telefoon bij de getuige achterliet - nog een knullige fout die hem niet erg slim doet overkomen - keert hij terug naar de doof geboren jonge vrouw en ziet hoe louche mannen haar bedreigen.
De rest van de film speelt zich op deze locatie. Is dat origineel? Nee. Is dat een reden dat de film gemaakt kon worden? Ja, want hoe minder sets, hoe goedkoper. Is het goed uitgevoerd? Ja. Hoe absurd het ook klinkt dat twee dove mensen een hele dag gewapende slechteriken weten te ontwijken, in de praktijk levert het een onderhoudende actiefilm op die doet denken aan genreklassiekers uit de jaren tachtig.
Helaas gooit de muziek roet in het eten en suggereert een hele serieuze film. Veel recente actiefilms die vrij weinig om het lijf hebben, lijken hier last van te hebben. Ze willen gewichtig overkomen en kiezen voor een pretentieuze soundtrack.
Veertig jaar geleden gaven knullige synthesizers, scheurende gitaren, of orkestrale muziek dit soort genrefilms een kenmerkend gevoel. Niet per se komisch, eerder militair, maar het bracht in ieder geval één ding helder over: je kijkt naar fictie, naar een film. Veel huidige actiefilms kiezen voor duistere, onheilspellende tonen. Twintig jaar geleden werkte dat misschien nog prima, maar tegenwoordig duikt zulke muziek op in misdaaddocumentaires, waardoor we die typische klanken eerder associëren met echte dreiging.
Loos vermaak verkopen als een serieuze zaak; dat verpest de boel. Laat onnozele actie lekker zijn wat het is. Het is prima dat de film een vleugje diepgang toevoegt met het verhaal van een agent die leert dat hij ook zonder gehoor nog maatschappelijk relevant is, maar bespaar ons een soundtrack die pretendeert dat dit een intellectuele thriller is.
Zonder de muziek is dit gewoon een onderhoudende popcornfilm: een mix van Blind Fury, Mute Witness en Die Hard, zonder dat het voelt als jatwerk. Joel Kinnaman is een nietszeggende, maar acceptabele actieheld, terwijl Sandra Mae Frank als dove actrice authenticiteit toevoegt aan haar rol als dame in nood. Mehki Phifer speelt de slechterik redelijk ingetogen, zonder al te overdreven, opgefokte trekjes. Mark Strong is er vooral bij als grote naam.
Deze coproductie tussen de VS, Canada en, verrassend genoeg, Malta is absoluut de moeite waard voor liefhebbers van simpele actiefilms. Het was sterker geweest als Franks doofheid meer en creatiever was ingezet in de actiescènes. De uiteindelijke oplossing die Frank bedenkt, hebben de meeste kijkers een uur eerder al zelf bedacht.