Lucas is een jongen van een jaar of 16. Zijn ouders hebben een slechte relatie met elkaar, maar hij houdt zich eigenlijk meer bezig met vriendschap, en de bekende zaken die jongeren nu eenmaal graag verkennen: seks, drugs en rock & roll. Maar verder dan lijm snuiven, halfslachtige net-niet seks en in een slecht bandje zingen komt hij voorlopig niet.
Het feit dat hij niet erg ver komt en dat zijn verlangens en verwachtingen niet echt helemaal uitkomen, is wel zo eerlijk, zeker in combinatie met de verveling die een groot deel van zijn leven op een afgelegen plek in Patagonië vult. De regisseur oordeelt niet over het gedrag van de jongelui, ook niet over het lijm snuiven of de homoseksuele handelingen van de hoofdpersoon en zijn beste vriend. Verder geeft hij de innerlijke beslommeringen van Lucas en een vriendin van hem weer door een voice-over te plaatsen over irritant hyperactief schuddende beelden die gedraaid zijn op Super-8 materiaal. Waarom hij deze contemplatieve scènes zo een geforceerde beweeglijkheid meegeeft is onduidelijk; het lijkt onzinnig en overbodig. Maar deze stukken zijn nog niet eens het grootste probleem van Glue.
Dat is namelijk het simpele feit dat de gebeurtenissen die door de cameras worden vastgelegd weinig interessante cinema opleveren, en dat er nou niet bepaald iets nieuws wordt gepresenteerd in de film. De jonge acteurs presteren prima, maar zij kunnen de film niet dragen. Het is misschien aardig om te zien dat het rockbandje waarin de hoofdpersoon zit, nog weinig muzikaal is en er eigenlijk niets van bakt, maar echt boeiend is het allemaal niet. Meer humor had de film nog leuk kunnen maken, maar dat lag niet in de bedoeling van de maker en daardoor is zijn film redelijk saai geworden.