In een van de scènes uit Oceans Thirteen wordt Matt Damon onder schot gehouden door Vincent Cassel. Damon reageert verbaasd op het feit dat Cassel een pistool hanteert. Hij is niet gewend dat er wapens gebruikt worden, ook al doet hij dan misschien mee aan een grootschalige inbraak. De scène is tekenend. In een tijd waarin films elkaar proberen te overtroeven met zo veel mogelijk wapengekletter, explosies en sadistisch geweld, vormen de Oceans-films een oase van pacifistische actie. In het universum van Danny Ocean en zn vrienden horen geen wapens thuis. Maakt dit de films minder spannend of spectaculair? Niet in het minste, getuige het succesvolle Oceans Eleven. Na het ietwat tegenvallende vervolg, waarin de crew tijdens de productie iets te veel plezier aan elkaar beleefde, maar dit vergat te vertalen naar de daadwerkelijke film, is dit derde deel weer ouderwets vermakelijk en spat het plezier van het scherm af. Dat Oceans Thirteen uiteindelijk toch niet helemaal weet te overtuigen, ligt meer aan het feit dat de nieuwigheid er nu wel zon beetje af is.
Het verhaal in een notendop: Danny Ocean en zijn team komen bij elkaar om hun maatje Reuben Tishkoff bij te staan, die door casinobaas Willie Bank flink door de financiële mangel is gehaald. Gevolg: Reuben is ingestort, ligt met hartproblemen in bed en Danny is laaiend. Tijd voor wraak. Het plan is om Banks casino nog voor het officieel zijn deuren opent failliet te laten gaan. Laat het zwendelen en saboteren maar beginnen...
Na een vliegende start zakt Oceans Thirteen na een minuut of dertig een beetje in. De verschillende verhaallijntjes zijn niet allemaal even boeiend, personages komen en gaan, en bepaalde zaakjes blijven onopgehelderd. De complexiteit van de kraak komt het verhaal bovendien niet ten goede. Wat dat betreft blijft de eerste Oceans onovertroffen: een casino overvallen, geld stelen, wegwezen. Simpel. Helder. Doeltreffend. Pas aan het eind Oceans Thirteen, als de daadwerkelijke heist plaatsvindt, komt de boel weer bij elkaar. Dat de ontknoping toch een beetje onbevredigend aanvoelt, komt voornamelijk doordat we als kijker niet alle radertjes van het grote plan te zien krijgen. De oplossingen lijken hierdoor soms als een konijn uit de grote hoed te worden getoverd. Het gaat allemaal iets té gemakkelijk.
In feite zijn Oceans-films het filmische equivalent van goede achtergrondmuziek: niet te opdringerig, gepast voor elk moment, een beetje glibberig, maar als je er echt voor gaat zitten, blijkt het vaak nog best goed in elkaar te zitten. Deel drie uit de serie vormt hierop geen uitzondering: de film gaat het ene oog in en het andere weer uit. Maar tijdens het kijken zul je jezelf betrappen op een grote grijns: dáár gaat het om. De werkelijke pareltjes zijn de scènes tussen George Clooney en Brad Pitt, die elkaar feilloos lijken aan te voelen. Het zijn kleine momenten met een subtiele, aanstekelijke chemistry en grapjes die dit keer wél aankomen. Niet langer dat quasi-onverschillige met elkaars piemel spelen en ondertussen breeduit naar de camera knipogen uit deel twee.
Voegt dit derde deel uiteindelijk iets toe aan de serie? Niet wezenlijk. Het is meer van hetzelfde. Maar als Soderbergh en zijn mannen zon plezier hebben in het maken van deze films en de resultaten iedere keer weer zo lekker wegkijken, wie zijn wij dan om daar een eind aan te maken?