Le Fils de l’Autre
Recensie

Le Fils de l’Autre (2012)

De Joodse Joseph en de Palestijnse Yacine werden als baby’s omgewisseld. Deze film verkent de emotionele impact op de families en laat het politieke conflict als context meespelen .

in Recensies
Leestijd: 2 min 48 sec
Regie: Lorraine Levy | Cast: Emmanuelle Devos (Orith Silberg), Jules Sitruk (Joseph Silberg), Mehdi Dehbi (Yacine Al Bezaaz), Areen Omari (Leïla Al Bezaaz), Khalifa Natour (Saïd Al Bezaaz), e.a. | Speelduur: 105 minuten | Jaar: 2012

De dokter biedt namens het voltallige ziekenhuispersoneel zijn excuses aan. Achttien jaar geleden is er ten tijde van de bombardementen in het ziekenhuis in Haifa een foutje gemaakt. In de hectiek van de ontruiming zijn twee baby’s (Joseph en Yacine) omgewisseld en daardoor bij de biologische ouders van de ander terechtgekomen en opgegroeid. De verslagenheid is groot. De twee vaders verlaten vrijwel direct boos en onthutst de spreekkamer, terwijl de twee moeders toenadering zoeken tot elkaar om hun verdriet te verwerken. De situatie wordt nog eens extra bemoeilijkt door het feit dat Joseph een joodse Israëliër is en Yacine een Palestijn uit de Westelijke Jordaanoever. Hoe handelen beide families met het idee dat ze een kind van de ‘vijand’ hebben opgevoed?

Dat is de voornaamste vraag in Le Fils de l’Autre. De Franse scenarioschrijfster en regisseuse Lorraine Levy is zich ervan bewust dat ze de vinger op de zere plek legt. Interessant is de thematiek zeker. Want in hoeverre kunnen de families politieke geschillen buiten de woonkamer houden? Niet, is het antwoord. Toch waakt Levy heel duidelijk voor een politieke stellingname en is het helder wat Le Fils de l’Autre volgens haar in de eerste plaats moet zijn: een gezinsdrama dat de emotionele impact van deze nachtmerrie verkent. Het Israëlisch-Palestijnse conflict voorziet het geheel alleen van een drukkende context die van het toenaderingsproces tussen de Joodse en Palestijnse families een hobbelige weg maakt.

Opvallend is dat juist Joseph en Yacine geen haatgevoelens tegenover elkaar koesteren, maar dat zij de ander juist beter willen leren kennen. Gevoelsmatig staat de politieke kwestie mijlenver van de twee zoons af; Joseph heeft zich helemaal verdiept in het muziekwereldje en hoopt op een dag artiest te zijn, Yacine spendeert een groot deel van zijn tijd in Parijs voor zijn studie geneeskunde. Hoe verschillend de jongens ook zijn, ergens in hun omgang gloort hoop, al wordt dat niet altijd even subtiel verpakt. Wanneer Joseph en Yacine voor de spiegel staan, grapt Yacine bijvoorbeeld: “Kijk, Izaäk en Ismaël, de twee zonen van Abraham!” De kernboodschap is glashelder: familiare banden zijn belangrijker dan sociaal-politieke overtuigingen.

Lorraine Levy wil deze boodschap er hardhandig doorduwen. Nadat de grootste emotionele confrontaties hebben plaatsgevonden, ebt de nieuwsgierigheid weg, maar neemt de noodzaak tot een geloofwaardige afwikkeling toe. Op dat moment worden de pijnpunten in Levy’s script pijnlijk zichtbaar. Zo is het onwaarschijnlijk dat Joseph tijdens een bezoek aan zijn biologische ouders in een gezamenlijk zingen valt met zijn nieuwe familie. Ook de slotakte is plichtmatig, onnodig sentimenteel en daardoor ongeloofwaardig. De laatste tien minuten vallen zelfs compleet uit de toon in vergelijking met de evenwichtige en naturelle regiestijl uit het voorgaande anderhalf uur.

Le Fils de l’Autre is pas het eerste volwaardige drama in de tot nog toe bescheiden filmografie van Lorraine Levy. Alleen al gelet op het basisgegeven, twee kinderen die per ongeluk worden verwisseld, is het een lovenswaardige prestatie dat haar film niet tot melodramatische kitsch is verworden. De sterke vertolkingen van met name Mehdi Dehbi, Jules Sitruk, Khalifa Natour en Emmanuelle Devos zorgen ervoor dat een kleine meerderheid van de zwakke plekken in het script worden ondervangen.