Om Nightwatch: Demons Are Forever te begrijpen, is het op zich niet nodig om de voorganger uit 1994 te bekijken. Maar het is ook geen afrader. Nightwatch is immers een spannende film met een heel jonge Nicolaj Coster-Waldau (tegenwoordig wereldberoemd als Jaime Lannister in Game of Thrones) en Kim Bodnia (vooral bekend als de Russische huurmoordenaarsmanager uit Killing Eve). Beide heren keren terug voor het vervolg, zij het voor bijrollen.
Een jaar na de zelfmoord van haar moeder ontdekt Emma dat haar ouders ooit bijna gedood waren door een seriemoordenaar. Vader Martin is dichtgeklapt en aan de pillen, dus gaat Emma zelf op onderzoek uit. Daarvoor neemt ze een baantje in het mortuarium waar haar vader destijds werkte, inclusief dezelfde nachtdienst. Haar onderzoek geeft haar snel de nodige antwoorden, maar dit oprakelen van het verleden zet het een en ander in gang.
Na een interessante, korte openingsscène die insinueert dat er geen 'fan pleasing' zal zijn, stuit Emma op een doos met oude spullen, waaronder Martins walkman met nog exact hetzelfde cassettebandje als in de eerste film. Hoppa, toch even een verplicht nummertje om kenners een plezier te doen. Dit moment zet de toon voor de kromme logica die zal volgen, door Emma de walkman te laten houden en gebruiken. Want de geluidskwaliteit van cassettebandjes was zo geweldig, hè?
Wat volgt is een opeenstapeling van onlogische keuzes en opmerkingen evenals een hoop toevalligheden. Emma, die medische wetenschap studeert, vraagt haar docent of er een plekje voor haar is als nachtbewaker in het forensisch instituut, want daar nemen ze studenten voor aan (in 1994 niet, nu kennelijk wel). Eenmaal aangenomen werkt een oude vrouw haar in. Want in deel één was het een oude man en dat moet op herhaling.
Het eerste slachtoffer is Lotte (iemand uit de eerste film, gespeeld door een andere actrice), de ex van Jens die twintig jaar geleden is vertrokken naar Thailand. Jens duikt op met een grap, is gechoqueerd wanneer hij over de dood van Lotte verneemt en wanneer hem wordt gevraagd hoe lang hij blijft antwoordt hij: "Tot na de begrafenis." Ehm... wat? Dus binnen vierentwintig uur heeft Jens vernomen van de dood van zijn ex, is hij afgereisd naar Denemarken, waar hij zijn goede vriend begroet met een grap, en vervolgens reageert hij alsof van niets weet?
Jens is misschien ook wel net zo'n lolbroek als vroeger, maar dat hij in het eerste deel ook een crue man was wordt onder het tapijt geveegd. In die film vernederde hij een jonge prostituee door haar geld aan te bieden voor stomme verzoeken. Martin zat er als slappe zak naast en zei niets, dus op zich sluit zijn persoonlijkheid uit die film aan op hoe hij in dit vervolg is.
Twee dingen is regisseur en scenarist Ole Bornedal niet verleerd: effectief sfeer en spanning opwekken en de interesse vasthouden. Sommige gesprekken duren even en voelen niet aan als dramatisch zwaar, maar toch boeien ze. Maar de sterkste momenten zijn de horrorstukjes. Zoals wanneer Emma in een psychiatrische inrichting alleen op een kamer is met een oude blinde man. Wanneer ze hem de rug toekeert, voel je de bui al hangen. Bornedal bouwt het langzaam op, maar deze knakker van vijfenzestig weet prima hoe hij de handjes van tieners klam kan laten worden.
Maar hoe tieners tegenwoordig zijn, snapt hij iets minder goed. Emma heeft drie vrienden, die kennelijk allemaal houden van housemuziek die tussen electro en psytrance zit. Via een grapje communiceert Bornedal aan de kijker dat hij genderneutraliteit en dat transgedoe allemaal een beetje onzin vindt. Emma's beste vriendin heeft een punkachtig kapsel en daar moeten we het maar mee doen. Zij werkt overigens ook als nachtbewaker op dezelfde plek, wat zorgt voor verwarring wanneer we haar daar voor het eerst zien.
Het oprakelen is leuk bedacht, maar de uitvoering slaat eigenlijk nergens op. Het laatste deel biedt weer een hoop spanning met achtervolgingen en de dreiging van moord, alleen wordt het bijna lachwekkend omdat de slechterik een bepaald geluid veroorzaakt waardoor altijd te voorspellen is wanneer die in de buurt is.
Nightwatch: Demons Are Forever gaat over de diepe indruk die een traumatische ervaring achterlaat, maar het thema wordt niet erg sterk uitgevoerd en op den duur lijkt het ook gekaapt te worden door een ander thema. Maar bovenal zijn er te veel fouten. Het is allemaal te makkelijk bedacht en tart de logica. Geen idee of Bornedal dit late vervolg maakte vanwege passie, als vehikel voor zijn dochter of voor het geld, maar hopelijk blijft het hierbij.