Terwijl in Nederland de laatste jaren steeds meer waargebeurde verhalen terugkeren in oorlogsfilms als De Slag om de Schelde of Het Verloren Transport, maakt men in Duitsland op dat vlak rechtsomkeert met de sauerkrautwestern Blood & Gold. In deze pulpfilm beheersen bloeddorst en goudkoorts de gedachten van de Duitse bevolking, die vlak voor de dood van Hitler geen greintje geweten meer over lijken te hebben.
Duitsland, begin 1945. De kogels regenen neer rond deserteur Heinrich, die door een kaal bos vlucht voor een militaire colonne. Op het stuur van de zijspanmotor is een schedel genageld, op het gezicht van de meedogenloze luitenant-kolonel prijkt een dramatisch The Phantom of the Opera-masker. Het is duidelijk dat er geen grotere ambities zijn dan het weergeven van nazi's als kwaadaardig en klaar voor de slacht. De enige zonder gitzwart hart is Heinrich, die deserteert om zijn dochter te vinden. Als hij alsnog gevangen wordt genomen, is volgens zijn ex-kameraden de strop zijn enige uitweg.
Het nabije dorpje Sonneberg raakt in rep en roer wanneer de nazi's daar vervolgens arriveren om een verborgen jodenschat te vinden. Hun terreur wordt bruut onderbroken als enkele nazisoldaten op rooftocht worden aangepakt door Heinrich met een hooivork. Op het nippertje blijkt hij gered te zijn van de verstikkingsdood door boerin Elsa. Haar verstandelijk beperkte broer Paule wordt vervolgens meegenomen door het nazituig om als 'untermensch' af te maken. Er zit weinig anders op voor Heinrich dan de held met de kaaklijn van een tabak kauwende cowboy te worden, die dit stadje nodig heeft.
De voorliefde van de filmmakers voor het werk van Quentin Tarantino is evident. De vormgeving van de titels en de westernmuziek verraadden hun inspiratiebron al eerder, maar de zwarte humor en het bombastische vertoon van geweld maken het nu onmiskenbaar. De makers kunnen helaas echter niet tippen aan de manier hoe Tarantino een uitgemolken filmgenre naar een hoger niveau weet te tillen. Blood & Gold blijft met beide benen in de modder staan en haalt enkel banaal plezier uit het verminken, kapotschieten en afscheuren van zoveel mogelijk lichaamsdelen van nazi's.
Blood & Gold biedt onbeschaamd vermaak in een lange traditie van nazisploitation met een flauwe knipoog naar de spaghettiwestern, waar veel formele elementen uit worden geleend. Qua verhaal is de enige noemenswaardige overeenkomst met het genre de verloren moraal achter de Duitse frontlinies; een wandaad die held Heinrich uitbundig mag komen bestraffen. De oorlogsfilm doet zo vooral aan als een Duitse poging om Amerikanen na te doen, of erger nog, Europeanen na te doen die Amerikanen nadoen. Met scherpe montage en vlotte actie komt de film een behoorlijk eind, maar een boeiend verhaal, waargebeurd of niet, is ver te zoeken.
Blood & Gold is te zien bij Netflix.